maandblad voor Heeswijk en Dinther Nummer 2 Jaargang 3 Februari 2006 m J F r Nu mer 4 Jaargang 03 April 2006
3 Colofon D’n HaDeejer, maandblad voor inwoners van Heeswijk en Dinther Redactie: Annemieke van der Aa Jacques van der Meijden Harry Mikkers Ad van Schijndel Medewerkers aan dit nummer: Camiel Bissels Robert Deckers Kelly Dortmans Maartje van Eerd Henk Habraken Anita Jacobs Marko Konings Toon Konings Hans Lakwijk Tonny van Liempt Riet Mariën Cathelijn van der Meijden Jeroen de Mol René van der Pas Bart van Schijndel Jan Schuurmans Wim Smits Michel van de Wetering Vormgeving: Lobke van Aar Antje van Deursen Corina van Drunen Carlijn van der Steijn Monique van de Ven Fotografie: Astrid van den Broek René Kuijs Tamara Sigmans Trudy van de Wetering Piet van Zutphen Kopij/informatie: E-mail: redactie@hadeejer.nl Advertenties: E-mail: advertentie@hadeejer.nl Bel Harry Mikkers: 06-53222239 Vragen over bezorging: Bel Toon Konings 06-53584742 Jaarabonnement niet-inwoners: E 36,00 incl. verzendkosten Druk: Drukkerij Berne, Heeswijk Oplage: 3150 stuks D’n HaDeejer is een uitgave van Stichting Dorpsnieuws. Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen zonder schriftelijke toestemming van de uitgever. “@School” Gelukkig is er over het algemeen weinig kritiek op de inhoud van D’n HaDeejer. Daar zijn we blij mee. Maar áls er al eens geklaagd wordt dan is het over het gegeven dat we weinig voor en met de jeugd in HaDee doen. Terecht. En dus hebben we daar iets aan gedaan. En door wie kun je pagina’s voor de jeugd nu beter laten maken dan door de doelgroep zelf ? Een belletje naar de drie basisscholen in HaDee leverde positieve reacties op. Leraren en leerlingen van de groepen 7 en 8 reageerden enthousiast op het idee om maandelijks twee pagina’s te gaan vullen. ‘HaDee@school ’ is de titel van de nieuwe rubriek waarvoor De Bolderik het spits af bijt. Twee pagina’s waarvoor de kinderen erop uit trokken en als volleerde journalisten hun bijdragen leverden. Het resultaat mag er wezen. En we denken dat niet alleen de ‘kids’ het leuk vinden, ook voor volwassenen zijn het twee interessante pagina’s geworden. Interessant is ook het verhaal over Peter en Michael, twee brommerfreaks die dag en nacht met hun hobby, het verzamelen van oude brommers, bezig zijn. Het duo prijkt trots met een exemplaar uit hun bezit op de voorpagina. Verder natuurlijk aandacht voor Peer Verkuijlen, we staan uitgebreid stil bij het afscheid van de wethouder die elf jaar lang in de plaatselijke politiek actief was. De laatste weken was er in de lokale en regionale media al veel te lezen over Peer, wij denken dat we toch iets toe kunnen voegen door middel van een persoonlijk getint interview met de man die, zoals hij zelf zegt, ‘zijn hoofd gaat leegmaken van Bernheze’. Want het hoofd van Peer heeft er vol van gezeten, zo blijkt. Dan prijzen wij ons gelukkig dat we het alleen bij Heeswijk en Dinther hoeven te houden. Daar hebben we onze handen al vol aan, maar we doen het met plezier! We hopen dat het weer terug te zien is in deze HaDeejer. De redactie Voorwoord 4
Advertorial
5 Hard werken om de boel te laten verwilderen Nieuwe abdijtuin open voor publiek Op 7 mei is de Landelijke Open Kloosterdag. Ook de Abdij van Berne opent haar deuren voor het publiek. Naast de abdij zijn ook de tuinen opengesteld, inclusief het nieuwe gedeelte waaraan de afgelopen drie jaar door velen hard is gewerkt. Het resultaat mag er zijn, een prachtige tuin met verschillende elementen. Het verhaal van een oude boomgaard die teruggeven wordt aan de natuur. En iedereen kan er van genieten want de nieuwe tuin is het hele jaar vrij toegankelijk. “Drie jaar geleden kwam mijn medebroeder René Jansen met het idee om de oude boomgaard die niet meer gebruikt werd op te ruimen. Met het terrein moest iets anders gebeuren”, zo vertelt Maarten van de Weijer. “Het terrein zou weer teruggeven moeten worden aan de natuur”. Broeder Maarten van de Weijer is het aanspreekpunt voor het hele buitengebeuren van de abdij. “De oude boomgaard met laagstam fruitbomen was aan het eind van zijn leven en werd al een aantal jaren niet meer bijgehouden. Ik heb toen Jan v.d. Broek van het IVN erbij gehaald.” Jan vult aan: “Ik werd gevraagd om eens te komen kijken, maar toen ik daar aankwam, wees Maarten me de bijna anderhalve hectare grote boomgaard aan en vroeg of ik dat terrein bij kon houden.” Vervolgens haalde Jan er Ferdinand ter Schure van Brabants Landschap bij en kon de plannenmakerij beginnen. Eigen materialen “Oude elementen wilden we bewaren,” vertelt Maarten, “want er was al een bloemen- en kruidentuin. In die tuin worden bijvoorbeeld de knolletjes geteeld voor het beroemde medicijn tegen aambeien. Ook stonden er al bijenkasten van Peter v.d. Pol. De oude fruitbomen moesten plaatsmaken voor een kleiner aantal authentieke hoogstammers.” Andere elementen die nieuw toegevoegd werden, zijn een poel, hagen, een torenvalkkast en een vlindertuin. Jan: “Een ander lid van het IVN, Fons Jacobs, heeft een mooie insectenmuur gemetseld. Daarin leven o.a. solitaire wespen en bijen. De wilde bloementuin wil nog niet zo lukken, de grond was te rijk bemest. Die zijn we nu aan het verschralen, zodat hij niet helemaal vergrast.” Mooi is om te zien dat vrijwel alle gebruikte materialen afkomstig zijn van het eigen terrein, met het zand uit de poel zijn wallen opgeworpen die nu beplant zijn. Ook de nieuwe bijenstal is gemaakt van eikenhout dat afkomstig is van bomen die hier gekapt zijn. Stromend water Maarten vertelt enthousiast: “Het plan is ontworpen door Ferdinand ter Schure, aan zijn kennis hebben we veel gehad. De oude gracht die het terrein begrenst, is ook opgenomen in het plan. Er zijn op plaatsen flauwe taluds gemaakt voor de amfibieën.” Jan vertelt over wat er nog meer met de gracht gaat gebeuren. “De bedoeling is dat de gracht straks weer gaat stromen. De nieuwbouw van De Bongerd-Cunera krijgt een gescheiden riolering, het regenwater wordt ontkoppeld van het afvalwater. Dit regenwater wordt geloosd op de gracht die dan gaat stromen en daarna gaat het water naar de nog te bouwen nieuwe wijk in de Heilaren. Die krijgt ook een soort gracht met waterpartijen. Vervolgens wordt het water via sloten afgevoerd naar de Leijgraaf. Het water wordt op deze manier in het gebied gehouden en de gracht blijft schoon doordat hij weer stroomt.” Veel onderhoud In totaal zijn de afgelopen jaren meer dan 2500 stuks struiken en bomen geplant en zijn er ontelbare wilde bloemen gezaaid. Ook zijn er hagen aangelegd en liggen er wandelpaadjes. Maar ook een wilde tuin kost veel onderhoud. “Eén ochtend in de week komen er zes man van het IVN helpen bij het onderhoud,” zo rekent Maarten, “drie keer per jaar maait de IBN het hele terrein en Twan Smits houdt de fruitbomen bij. Als je het niet bijhoudt, groeit alles dicht met gras en brandnetels, en dat is niet de bedoeling. De komende jaren moet de tuin alleen nog maar mooier worden. Kom dus eens kijken in de tuin of op www.abdijvanberne.nl.” MK
Negerzoen De naam ‘negerzoen’ is taboe en kan vandaag de dag niet meer. Daaromwordt hij afgeschaft, las ik in de krant. “Nou ja,” dacht ik, “dan kunnen ze wel meer verbieden of afschaffen. Laatst ben ik voor de tuin een bak ‘Afrikaantjes’ gaan halen. “Kan dat wel,” dacht ik vertwijfeld, “en is ‘potgrond’ dan niet beledigend voor lesbiennes?” Hoewel weinig negers Piet heten zal ‘Zwarte Piet’ ook wel afgeschaft worden. Als je zo verder redeneert zijn heel veel woorden discutabel, zoals onder andere jodenkoek, Bossche bol,Dintherse broeder, Turks fruit, blinde vink, mongool en negerij. Zelfs bij Duitse herder en Vlaamse gaai begin ik mijn twijfels te hebben. Zegswijzen zoals ‘zo zat als eenMaleier’, zijn natuurlijk uit den boze. Het kinderliedje ‘Moriaantje zo zwart als roet, ging eens wandelen zonder hoed’ wordt zeker uit iedere liederenbundel geschrapt. Zou ‘Donkere Dijk’ eigenlijk nog wel mogen? Al die woorden zijn discriminerend of beledigend. Daarom mogen wij de inwoners van Heesch ook geen ‘Hisse vèrkes’ meer noemen, want, zei iemand mij, dat is beledigend voor varkens. Alles overziend lijkt selectief muggenziften een Hollandse ziekte te worden. ‘Negerzoen’ kan niet, maar ‘geitenneuker’ en ‘kutmarokkaan’ moet kunnen en heet vrijheid van meningsuiting. Nog even dit. De haan staat weer op de Dintherse kerktoren. Vroeger stond hij, vastgeroest, mismoedig naar Schijndel te staren. Maar na ruim een jaar opgehokt te zijn geweest is hij ingeënt tegen het vogelgriepvirus en draait het goudhaantje met alle winden mee. Opvallend was wel dat hij, na plaatsing, als een volleerde waakhond, meteen zijn blik richtte op Heeswijk. Henk Habraken 7 Vlakbij basisschool ’t Palet is een grote parkeerplaats met 75 parkeervakken. Dankbaar gebruiken ouders/verzorgers deze ruime parkeerplaats bij het wegbrengen en ophalen van hun kinderen. Slechts twee parkeervakken zijn er speciaal voor invaliden. Deze zijn vanzelfsprekend het dichtst bij de school en gemarkeerd met de welbekende (grote) borden. Het is opvallend dat twee invalidenparkeervakken te weinig blijkt, gezien de intensiteit waarmee ze gebruikt worden. Bewust kiezen ouders/verzorgers voor deze R.K. basisschool, waar hun kinderen onder andere onderwezen worden in sociaal-emotionele ontwikkeling, waarbij de kinderen rekening leren te houden met hun eigen belang én dat van anderen binnen de maatschappij. Onnodig te zeggen dat iedere ouder/verzorger zich bewust is van een bepaalde voorbeeldfunctie hierin. Daarom is het ondenkbaar dat nietinvalide ouders/verzorgers gebruik maken van deze parkeerplaatsen, en kan ik niet anders concluderen dan dat er te weinig invaliden-parkeervakken zijn… Een bezorgde ouder Parkeerprobleem bij ‘t Palet
Raadhuisplaza 4 5473 CX Heeswijk-Dinther Tel.Fax 0413-292117 Raadhuisplaza 4 5473 CX Heeswijk-Dinther Tel.Fax 0413-292117 Raadhuisplaza 4 5473 CX Heeswijk-Dinther Tel.Fax 0413-292117 Raadhuisplaza 4 5473 CX Heeswijk-Dinther Tel.Fax 0413-292117 van den berg & zn. v.o.f. tegelhandel tegelzetten 5473 AK Heeswijk-Dinther Dr. Boutkanstraat 9 telefoon (0413) 29 12 49 fax (0413) 29 39 52
9 Het gilde: ’Met vliegend vendel en slaande trom’Um De geschiedenis van het gildenwezen in aanloop naar EST 2006 Op 25, 26 en 27 augustus 2006 vindt in Heeswijk-Dinther het Europees Schutters Treffen plaats (EST). Naar verwachting zullen ongeveer 10.000 gildenbroeders/zusters uit Europa deelnemen. De activiteiten worden gehouden op de weilanden langs de Gouverneursweg, met het Middeleeuws kasteel op de achtergrond. Voor de organisatie tekenen de vier Bernhezer gilden, die al ruim 4 jaar bezig zijn met de voorbereidingen. In aanloop naar dit evenement zal d’n HaDeejer maandelijks haar licht laten schijnen over het EST 2006. In deze editie deel II over de historie van het gildenwezen. Gilden zijn tot op grote hoogte autonoom. Elk gilde heeft zijn eigen tradities en benamingen. Zo heet het bestuur vaak de overheid, waar de voorzitter (hoofdman) samen met de deken-secretaris en deken-penningmeester het dagelijks bestuur vormt. Het bestuur wordt verder aangevuld met dekens. In sommige gilden is de vaandeldrager automatisch lid van de overheid. In elk geval zit de koning in de overheid. De koning is de belangrijkste vertegenwoordiger van zijn gilde. Hij mag de koningsmantel dragen: de zilveren schilden die door de opeenvolgende koningen in het verleden aan het gilde zijn geschonken ter herinnering aan hun koningsschap. Op die schilden hebben zij hun naam en andere gegevens laten zetten. Bijvoorbeeld een afbeelding die verwijst naar hun beroep, hobby of familietraditie. De oudste koningsschilden dateren uit de 16de eeuw. De koning draagt ook de vaak zeer oude koningsvogel of papegaai, het symbool van zijn koningsschap. Kleurrijk Vooral na 1960 zijn gilden ertoe overgegaan min of meer historische uniformen aan te schaffen. Het zijn kleurige uniformen, die in het algemeen het feestelijk karakter van een gilde-samenzijn verhogen. Vanouds droegen de gildenbroeders slechts een sjerp en/of een herkenningsteken op hun beste pak. Veel gilden gaan ook nu nog in kostuum of jacquet, voorzien van een draagsjerp. Bij het uittreden openbaart zich de verscheidenheid tussen de gilden pas echt. Er zijn gilden met slechts één tamboer, maar wel een heel belangrijke: de man met de soms heel oude gildentrom, die het gilde vooropgaat. Andere gilden kennen een korps van tamboers, steeds vaker gevolgd door een korps bazuinblazers. Vendeliers voeren met hun vendel een kleurig en acrobatisch bewegingsspel op, dat vanouds symbolisch is voor de strijd van goed tegen kwaad. Behalve in het traditionele ‘vendelgebed’ hebben veel vendeliers zich bekwaamd in acrobatische hoogstandjes. Traditioneel gevendeld wordt er bij een hulde of groet aan een voor het gilde belangrijk persoon of een eigen gildenbroeder die iets te vieren heeft. Of als afscheidsgroet bij een begrafenis, een belangrijke verplichting die bij alle gilden nog hoog in ere wordt gehouden. Sommige gilden beelden hun patroonheilige in levenden lijve uit tijdens een optocht: bijvoorbeeld St. Barbara met een kroon op haar hoofd en een toren in haar ene en een zwaard in haar andere hand. Koning De gilden mogen dan qua beleving en activiteiten door het jaar heen nog zo verschillen, elk gilde viert de feestdag van de schutterspatroon. De viering begint in elk geval met een mis. “Met vliegend vendel en slaande trom” wordt de kerk betreden. Geofferd wordt er als vanouds op de trom. Een ander hoogtepunt voor het gilde is het koningschieten, de feestelijke dag waarop bekend zal worden wie de nieuwe koning voor het komend jaar zal zijn (of voor meerdere jaren). Een dag met eigen tradities en gebruiken, met uiteenlopende bestanddelen, maar bij elk gilde met dezelfde climax: het moment waarop het laatste stukje van de vogel dreigt te gaan vallen. De nieuwe koning vallen de nodige ceremoniën en eer te beurt en vanzelfsprekend wordt het glas geheven op zijn koningsschap. Sommige gilden hebben een keizer: een koning die zich drie keer achtereen tot koning heeft geschoten. Hij krijgt van het gilde een speciaal draagteken. Maar op de dag zelf moet er na zijn laatste schot nog wel weer om een nieuwe koning worden geschoten, want een gilde kan niet zonder koning. JvdM ‘Geofferd wordt er als vanouds op de trom’
Will Janssen Heeswijk-Dinther
11 Import over HaDee Olaf en Ellen Sleutjes zijn zeventien jaar getrouwd. Olaf heeft een eigen bedrijf in geluidsisolatie, Redumax. Ellen werkt bij hem op kantoor. Eigenlijk bracht de liefde voor dieren het stel naar HaDee. Ellen was op zoek naar een plek om haar paard te stallen en vond die in Heeswijk. Olaf kweekte parkieten en leerde zo Jo van Zutphen kennen. “Via hem kwam ik in contact met zijn zoon die een makelaarskantoor heeft. Wij waren het op en neer rijden voor de paarden beu en bovendien wilden we vooral voor de kinderen ‘buiten’ wonen. Toen dit huis in beeld kwam, hoefden we niet lang na te denken’, aldus Olaf. Wat is het verschil tussen wonen op de Maaspoort en in HaDee? Ellen: “In de Maaspoort heeft niemand veel contact met elkaar. De mensen zijn hier veel vriendelijker en hulpvaardiger dan in Den Bosch. Via school en clubs hebben we veel mensen leren kennen. Je moet er als ‘buitenstaander’ natuurlijk wel voor open staan om contacten te leggen.” Olaf: “We merkten het bijvoorbeeld tijdens de verbouwing van ons huis. Mensen zijn oprecht geïnteresseerd en bieden hun hulp aan.” Wat vinden jullie van HaDee? Olaf: “We kunnen absoluut niets negatiefs verzinnen. Ook de kinderen willen hier nooit meer weg. Mijn bedrijf is ook mee verhuisd naar HaDee. Dat zegt denk ik wel genoeg!” Missen jullie iets in HaDee? Olaf: “Nee, eigenlijk niet. Het valt op dat er geen echt centrum is, maar dat ervaar ik niet als iets negatiefs of zo. In Uden of Veghel ben je zo met de auto.” Ellen: “Veel winkels zijn er niet, maar er is wel een lingeriezaak. Dat vind ik nou weer leuk!” Merken jullie iets van de strijd tussen Ha en Dee? Olaf: “Nee hoor voor ons is het gewoon een dorp. Misschien dat het wel leeft bij de wat oudere mensen, maar wij merken er niets van.” AvdA In deze rubriek geven ‘immigranten’ maandelijks hun visie op het wonen in HaDee. Deze keer gingen we op bezoek bij Olaf (38 jaar) en Ellen (38) Sleutjes en hun kinderen Sanne (11) en Erick (6). Olaf en Ellen komen uit Den Bosch waar zij ook hun hele leven woonden. In juli 2004 verkasten ze van de Maaspoort naar HaDee, in de Flerustraat hebben ze hun ‘droomplekje’ gevonden. En ze hebben het prima naar hun zin in HaDee; “We gaan hier nooit meer weg.” Top 3 van èrgernisse Mense kunne dur èige nogal ergere. ’t Skènt dè veul mense dur èige nogal druk make over bevurbild drempels. Nou, ik kan doar nie in meej. Wè kan men ’t toch skille. Of ik nou moet remme vùr unnen bocht of vùr unnen drempel: ’t makt me niks ùt. Of bumperklevers. Maak ik mun èige ôk al nie druk um. Ze rèje mar zo kort aachter mèn ès ze wille: ik wor d’r nie wèrum of kauw van. Mar toch zèn d’r wel n pôr dinge wor ik mun èige ôn kan ergere. Ik moes wel ekkes denke, mar ik ben gekomme tot ’n top driej. Op 3: Onève mik. Dè zit zo: ik eet altèt boterhamme. Dormè bedoel ik twee snéje mik op mekare, mè iets dertusse.Mar soms heb ik unne onève mik. Dan hou ik op ’t eind van de mik één sneej over. Ja, wè moet ik nou mè die één sneej? Weggôje is sunt, mar wè dan? Ik ergur d’r mun èige kepot ôn. Op 2: Sjokeladebol. Ik heb een haat/liefde verhouding mè de sjokeladebol. Op ’n fisje kan ik ze nojt lôte ligge; ik vèin ze zô gruwelek lekker. Mar ik kan ze nie éte. Heel vurzichtig gô ik alted ôn de gang. Uurst eet ik rontelum de sjokela deraf zodè ik dan lèkker de slagroom deraf kan lèkke. Mar doar giggut alted mis. Es ik van de sjokela ont happe ben, dan vruuger of lôtter: flats. Doar gi de slagroom. Of d’n dùvel d’r mè spult. Wè ik ôk prebeer, ’t gi altèt flats. Klôre sunt, en ’n bron van ergernis. Op 1 (mè stip) Vroage nor de bekende weg. Toenlèst gebeurde ’t wir. Iemand vroeg nor de bekende weg. Ik stôn nameluk bè de bezinepomp en kreeg munnen tenkdop d’r nie af. Ik ston doar mar te ùrgele mi die rotsleutel, die ik mar nie umgedrèjt krig. Ik kreeg onderhand kooj zin van dè geïmmer mè dè ding. Nô ’n uur frotte kumter ôk nog één of andere pias ôngelope, en die vrùgt: “Luktut?” Verskrikkeluk, hoe kunde zo iets vroage? Nou, doar kan ik muneige nog is ôn ergere. “Nou brikt m’n...sleutel.” Zô waar ’t ôk toen ik pasgeleje midden int tùrp struikelde. Dè waar nog erger. Unnen grote winkelhoak in m’n boks, munne knie kepot. Ikke bloeje ès ’n vèrke en skruwde ’t ùt van de pijn. Kumter iemand, en die vrùgt: “Dugut zeer?”. Gotsammenogtoe. “Nee, ik ben ont oefene vur stroatmuzikant!” TK V.l.n.r.: Erick, Ellen, Olaf en Sanne.
13 Tankwagens water voor theaterspektakel Titanic Evenementencommissie Kersouwe ruim een half jaar bezig Met een programma van ruim 35 activiteiten gaat natuurtheater De Kersouwe er weer flink tegenaan. Het seizoen loopt van 28 mei met cabaret Klaas tot enmet een concert vanAcda&DeMunnik op 2 september.De planning begint al vroeg in het najaar en is pas eindmaart afgerond.De evenementencommissie speelt hierbij een belangrijke rol. We vroegen Yvonne Pladet hoe een en ander in zijn werk gaat. Yvonne Pladet (Berlicum, 37 jaar) zit met zeven anderen al jaren in de zogenaamde evenementencommissie. Ieder heeft zijn eigen kennis en interesses. De opdracht van de Kersouwe is duidelijk: “We moeten een zo breed mogelijk programma samenstellen voor een zo breed mogelijk publiek. Tegelijk moeten we de prijs laag houden, moet er een goede verhouding bestaan tussen de verschillende genres en moeten we rekening houden met de belasting van de vrijwilligers.” Verder probeert men nieuw cabarettalent een kans te geven en…moet elke voorstelling op zich kostendekkend zijn. Onderhandelen Het programma komt tot stand dankzij veel tips uit eigen gelederen, door mensen uit het dorp. Ook nemen bands regelmatig contact op, zoals bijvoorbeeld Kane en De Dijk. Verder zijn persoonlijke contacten zoals met Youp van ’t Hek van belang. Of de eigen beleving: de groep Spinvis kwam regelmatig in het nieuws, is ‘hot’ en toen is men daar achteraan gegaan. Yvonne Pladet: “Het eerste contact wordt voor 80% gelegd via het impresariaat. Na enige uitleg blijkt wel of men enthousiast is. Soms zijn er problemen met de open lucht. Dan volgt het onderhandelen over de prijs. Dat duurt dan enkele weken. Soms ook maanden: voor mundials African Night (nu op 2 juni) hebben we moeten wachten van november tot maart. We moeten ernstig rekening houden met de bijkomende kosten. Dan gaat de conceptbegroting naar het bestuur. En als alles goed is: contract!!” Bijzondere eisen De meeste onderhandelingen lopen via het impresariaat Mojo en AT&T. Die kennen De Kersouwe intussen. Toch heeft elke band of groep zijn specifieke eisen. Bij De Dijk moeten twee kratjes Grolsch klaar staan en zes flessen Spa rood. Anouk en Willy de Ville eisten een strikt eigen kleedkamer. Alleen de eerste heeft die indertijd gekregen, maar niet gebruikt. Men moet het doen met de accommodatie die De Kersouwe te bieden heeft. “Wat de techniek betreft,” vertelt Yvonne, “eist men vaak de meest luxe geluidsinstallatie, maar onze akoestiek is gelukkig zo goed dat het niet allemaal nodig is.Wel zorgen we altijd voor goede maaltijden, want bij grotere concerten blijven crew en artiesten, samen zo’n vijftien man, natuurlijk eten. En gastvrijheid is erg belangrijk.” Een apart verhaal vormt het theaterspektakel Titanic (30 juni en 1 juli). Dan moet de vijver overkapt worden, een stuk tribune verbouwd en 35.000 liter water in tankwagens worden aangevoerd. Yvonne: “Daarbij hebben we gemeente en brandweer hard nodig. En er blijven achttien acteurs overnachten. Erg spannend!” Entreeprijs Het gaat niet altijd van een leien dakje. Zo wordt het aantrekken van goede films steeds lastiger. “Door het teruglopende bioscoopbezoek hebben de distributeurs hun beleid veranderd. Sommigen willen helemaal niet meer in de open lucht, in andere gevallen komt een populaire film pas een jaar te laat beschikbaar. Men eist soms 50% van de recette en dan hebben wij nog de kosten van de apparatuur. Daarom zijn er maar twee films dit jaar, op 21 en 22 juli.” Dan volgt een ingewikkeld verhaal over de entreeprijs. Het is een gevolg van uitkoopsom, garantiebedrag, partage (80% voor de artiesten, 20% voor De Kersouwe) en productiekosten. Yvonne: “Het wordt steeds zakelijker. We blijven wel met onze prijzen absoluut onder andere podia. Zo zijn intussen Anouk, maar ook Bløf, Marco Borsato en Boudewijn de Groot niet meer te betalen. Het concert van The Dubliners (7 juli) is dit jaar de duurste voorstelling, maar dat is ook een topper.” Met zeven keer de grote voorstelling ‘De drie musketiers’ en vier keer de jeugd met ‘De sneeuwkoningin’, plus diverse concerten, een koor en nogal wat cabaret heeft De Kersouwe andermaal een prachtig programma. De zomerkrant met alles erin verschijnt begin mei huis aan huis. De voorverkoop begint op 13 mei in De Zwaan, diverse VVV’s en het Uitpunt in Veghel. AvS de evenementencommissie van de Kersouwe met tweede van rechts Yvonne Pladet
15 Ingezonden Gorgo’s bedrijvendag Na het succes van voorgaande twee jaren, waren tot voor kort de voorbereidingen van Gorgo’s carwash-actie weer in volle gang. Helaas, tót het moment van de vergunningaanvraag. De gemeente verleende ons geen vergunning in verband met ‘milieuvervuiling’. Gorgo’s carwash-actie was een goede leuke actie waar alle leden van jong tot oud aan mee konden werken. De actie was de grootste bron van inkomsten voor ons jaarlijkse Gorgo-kamp. Vandaar dat we op zoek zijn gegaan naar een nieuwe actie om deze inkomsten niet mis te lopen. Daarom houden we op 20 mei Gorgo’s Bedrijvendag. Op deze dag gaan we met de kinderen van 12 jaar en ouder werken bij bedrijven in en om HaDee. Met de jongere kinderen gaan we in een aantal wijken in en om HaDee ‘heitje voor karweitje’ doen. We hopen dat u allen mee wilt helpen! Op deze manier krijgen we dan toch de inkomsten,die we dankzij de gemeente zouden moeten missen. En kunnen we weer een geslaagd kamp verzorgen. Bestuur zwemvereniging Gorgo Open Podium in De Zwaan Op vrijdag 23 juni vindt alweer het 8ste Open Podium plaats in Heeswijk-Dinther. Zoals steeds is de zomereditie in De Kersouwe. Verschillende personen en groepen hebben zich al aangemeld, maar er is nog ruimte. Iedereen die iets wil bieden op het gebied van dans, muziek, poëzie, cabaret, videokunst of iets dergelijks kan zich nog aanmelden. Vrijwel alles is mogelijk. In beginsel gaat de organisatie uit van circa 10 minuten per optreden. Voor informatie kan men terecht bij Heleen van de Veerdonk (tel. 0413-293539), bij Ad van Schijndel (tel. 0413-292470) of bij De Zwaan (tel. 0413-291575). Gelieve wel uiterlijk 3 mei iets te laten horen. Servicepunt op één april De eerste reacties op ons artikel over de sluiting van het gemeentelijk servicepunt waren heel duidelijk. ‘Ik had niet anders verwacht, het was een kwestie van tijd’ tot ‘ze zijn niet goed wijs daar in Heesch’. Maar ook: ‘Dat kan niet waar zijn, en 40% korting bij de gemeente, nee, nooit meegemaakt’. De gemeente kon onze grap blijkbaar minder waarderen. Want donderdag hing er al een mededeling op de deur van de afdeling Burgerzaken met de volgende strekking: ‘Dit is een één aprilgrap. Wij blijven gewoon open op elke maandagavond.’ Daar hebben we toen weer een briefje overheen geplakt. Onze kersverse wethouder Ad Donkers kreeg nog telefoon van een boze mevrouw, die zei met zes mensen te wachten bij het servicepunt en dat het allemaal geen stijl was. Hij heeft ze vriendelijk te woord gestaan. Zoals dat hoort. Wij wensen de afdeling Burgerzaken veel succes, en dat men in lengte van dagen open mag blijven. De redactie HaDee Kupke Leo van Padua Harleyman en oerrocker Spreuk van de maand HET (POLITIEKE) HAANTJE BLAAST WEER HOOG VAN DE DINTHERSE TOREN
Openingstijden: Heeswijk-Dinther Maandag gesloten Dinsdag 09.00 - 18.00 uur Woensdag 09.00 - 18.00 uur Donderdag 09.00 - 18.00 uur Vrijdag 09.00 - 20.00 uur Zaterdag 08.00 - 16.00 uur Ook in Schijndel en Geffen! Voor Trendy kapsels! De Dageraad 12 5473 HD Heeswijk-Dinther Telefoon 0413 - 296023
17 Het CDA: katalysator tussen de andere partijen Steigerbouwers hebben maanden nodig gehad om bij het puntje van de St. Servatiuskerk in Dinther te komen. Met het vorderen van de voegwerkzaamheden zullen de steigers geleidelijk aan worden afgebroken en zal de toren in zijn volle glorie weer zichtbaar worden. Aan de oost- en zuidkant zijn restaurateurs ook al bezig. Later komt de westzijde aan de beurt en de totale afronding van de restauratie zal omstreeks eind dit jaar plaatsvinden. Op deze pagina een impressie van de activiteiten van de laatste tijd. Dintherse kerktoren na 19 maanden uit de steigers
18 “Na zo’n lange en intensieve tijd denk je Bernheze, doe je Bernheze, handel je Bernheze, wordt Bernheze een manier van leven. Als je gaat winkelen, winkel je in je werk, als je gaat fietsen en er is een gat in de weg, is dat wel jouw gat, als je wandelt en je kijkt om je heen, ben je tevens bezig met ruimtelijke ordening, als je naar een voorstelling van de Kersouwe gaat denk je ook onwillekeurig aan het laatste subsidieverzoek.” Intens, heel intens, is Peer Verkuijlen met zijn werk als wethouder bezig geweest. Elf jaar als wethouder, 9 jaar als gemeenteraadslid. Het is hem niet in de kouwe kleren gaan zitten. Hij heeft het altijd met plezier en met veel bezieling gedaan, maar hij is er toch niet rouwig om dat deze periode kan worden afgesloten. Aan de gezellige keukentafel, waar Dini voor de koffie zorgt (en als we daar genoeg van op hebben een lekkere borrel), bespreken we het openbare leven van Peer. Dini doet volop mee tussen haar rol als gastvrouw door, terwijl ze (later op de middag) voor het eten zorgt, want er komen wel drie hongerige jongelui op de pot af.Terug naar het begin. Waarom doe je zoiets? Peer had een prima baan. Toen hij wethouder werd, leverde hij zelfs salaris in. Dus een logische stap omhoog in zijn carrière was het niet. Waarom doe je dat dan toch? Van jongs af aan zat het al in hem. Sommige mensen hebben dat en sommige hebben het niet, maar Peer had het altijd al: het idee dat hij wist hoe de wereld in het algemeen en zijn eigen dorp in het bijzonder er uit zouden moeten zien. Toen hij jong was wist hij alles zeker en nogal radicaal, nu heeft hij een bezonkener blik op de wereld en relativeert hij ook wat meer. Maar vastomlijnde ideeën heeft hij nog steeds. En hij heeft steeds het gevoel gehad dat hij met die ideeën wat moest doen. Zijn bestuurservaring begon hij als voorzitter van de KPJ en op zijn achttiende stond hij al op de lijst bij de eerste Jongerenpartij. Ook zijn werk bij Ons Dorp gaf hem al de mogelijkheden om een forse bijdrage te leveren aan de gemeenschap. Via de PPR, GroenLinks, de Progressieve Samenwerking, PP93, raadslid, wethouder heeft zijn politieke ambitie verder vorm gekregen. De kern van die ambitie was en is altijd gebleven: een bijdrage leveren aan de gemeenschap. Maar dan wel een bijdrage, die overeenkwam met de denkbeelden van Peer. En die denkbeelden waren gestoeld in het gedachtegoed van genoemde partijen. De vijand van de boeren! En dat (linkse) gedachtegoed was niet altijd even gemakkelijk te verkopen in Bernheze. Vanaf het begin was er een stevige portie wantrouwen en vooringenomenheid. Peer als de vijand van de boeren! Maar dat onzalige beeld is gelukkig steeds minder geworden. Een van de redenen waarom zijn werk werd geprezen is dat hij de boeren en de milieubeweging bij elkaar heeft gebracht. Hoewel er in de afgelopen jaren geen enkele aanwijsbare reden zou te bedenken zijn waarom ruimtelijke ordening bij links niet in goede handen zou zijn, is die achterdocht nog steeds niet helemaal weg. Daarom ook heeft het CDA die portefeuille geclaimd in de komende regeringsperiode en hem weer aan agrarische handen toevertrouwd. Kritiek was er altijd. Je kunt het nooit voor iedereen goed doen. Dat uitte zich in de ‘Ik moet nu mijn hoofd leegmaken van Bernheze’ Peer Verkuijlen over twintig jaar gemeentepolitiek Peer Verkuijlen ‘Bernheze wordt een manier van leven’
19 raad, in de gemeenschap, aan de bar zelfs, maar ook door hatelijke anonieme brieven en hate-mail. Omgaan met kritiek valt niet mee, moet Peer toegeven. Maar voor kritiek ontwikkel je een wat dikkere huid en je ervaring leert je er mee omgaan. Alleen als er getwijfeld werd aan zijn integriteit, dan kon hij wel eens ontploffen. Wat hij ook altijd moeilijk vond was opmerkingen als: “Jullie doen toch wat jullie willen. Alles is toch al beslist. Jullie luisteren toch niet naar de burgers.”En dat terwijl hij en de ambtenaren juist hun best hadden gedaan om inspraak en medezeggenschap te organiseren. Dat was altijd de moeilijkheid met plannen: wanneer ga je ermee naar buiten. Als het vroeg was, kwam er kritiek op sommige varianten dat ze niet goed doordacht en voorbarig waren, als het laat was, kwam er kritiek dat alles al beslist en voorgekookt was. Maar het feit dat er altijd wel ergens kritiek was, heeft hem niet het plezier in zijn werk onthouden. Hoewel hij ook wel eens zwaar teleurgesteld en in de put thuis kwam, is het werken aan Bernheze over het algemeen heel bevredigend geweest. Niet winkelen bij de C1000, maar winkelen in je werk Het wethouderschap eiste zijn tol vooral voor de privacy. Dat gold ook voor de kinderen. Die wisten niet beter en niet anders. Ze zijn ermee opgegroeid. Maar ze deden zeker mee. Zeker is dat het hele gezin een grote rol speelde bij dit werk. Toen ze kleiner waren, moesten de kinderen in het weekend wel eens mee naar evenementen, waar het raadslid of de wethouder zijn gezicht eigenlijk moest laten zien. En dat was wat de kinderen betrof niet altijd van harte! Maar je was, en dat was een belangrijke ervaring voor het hele gezin, publiek bezit. Je deed alles in het openbaar. Gaan winkelen doet Dini al jaren alleen. Niet dat Peer niet mee wilde gaan om te helpen, maar iedereen klampte hem onderweg aan en de C1000 en de Jumbo waren dus voor Peer geen gewone winkels, maar een deel van zijn openbare werk. Hij ging niet winkelen in de C1000, hij ging winkelen in zijn werk. Gezellig een pilsje pakken was maar beperkt mogelijk. Je zag het soms al van verre aankomen. Iemand hield je in de gaten en zodra degene waar je mee zat te praten even het toilet opzocht, werd de plaats ingenomen en kwamen de vragen over de vergunning of het uitblijven ervan. Gelukkig was het nog niet zo dat Dini of de kinderen aangesproken werden op het werk van hun man of vader, maar Peer werd onvoldoende met rust gelaten. En dan was het ook nog zo dat hij in Heeswijk-Dinther de verpersoonlijking was van de politiek van Bernheze. Ook zaken waar hij niets mee te maken had of waar andere de verantwoordelijkheid voor droegen, werden in zijn schoenen geschoven. Dus was er van privé-leven eigenlijk alleen sprake tijdens de vakanties. De rest van die elf jaar leek het soms wel of het hele gezin Verkuijlen wethouder was! Nu is het niet zo dat Peer of het gezin eronder geleden hebben, maar als hij in de toekomst gaat winkelen gaat hij zich hoogstens bezig houden met de prijs en de kwaliteit van de boodschappen en onder de pils zal er voornamelijk gezellig gebuurt worden. Het afscheid Hij had zelf gedacht dat hij het afscheid wel wat afstandelijk zou kunnen verwerken. Uiteindelijk was het alleen maar het afscheid van een hele drukke baan. Maar dat viel tegen. Er zat toch aanmerkelijk meer emotie aan vast dan hij zelf had gedacht.Vooral het feit dat hij (de tweede pas) ereburger van Bernheze is geworden, heeft hem geraakt. Gelukkig hadden zijn collega’s ingezien dat een Koninklijke Onderscheiding niet zo bij Peer paste, maar de onderscheiding die daarvoor in de plaats kwam was niet alleen verrassend, maar ook zeer eervol en getuigde van respect voor het werk dat hij verzet had. Ook op het boekje en het bijbehorende Dossier-Kunstwerk dat hem aangeboden werd bij het officiële afscheid is hij trots. Uit de reactie van de collega’s en ambtenaren bleek ook dat ze weliswaar hard hadden moeten werken en dat er veel van hen geëist was, maar uit de manier waarop daaraan gerefereerd werd bleek de waardering voor de manier waarop. Dat had hem ook veel goed gedaan, want tijdens de zeer drukke werkzaamheden kunnen zulke dingen wel eens in het gedrang komen. Hoe gaat de familie verder? Dini heeft als lerares Engels haar eigen carrière uitgestippeld en haar eigen weg gevonden naast haar gezin. Voor haar zal er dus niet zoveel veranderen, behalve dat ze Peer wat meer zal zien in de weekenden en in de avonduren. Peer heeft zich voorgenomen om ruim tijd uit te trekken om na 10 april 2006 op adem te komen, ruimte te maken, het hoofd leeg te maken van Bernheze en om daarna pas weer invulling te gaan geven aan de rest van zijn leven. De pas gekochte (rode) bank in de huiskamer zal daarbij een centrale rol spelen! Eén idee heeft al min of meer vaste vormen aangenomen. Samen met Mart Smits (Veghel) en Johan Smulders (Vught), beide ook ex-wethouders, heeft Peer een soort pool opgericht om gemeentes die problemen krijgen met verdwijnende wethouders tijdelijk uit de brand te helpen. Ze bemoeien zich dan niet met de politieke achtergronden en met de conflicten, maar houden de winkel gaande, doen tijdelijk het werk, om zo aan die gemeente ruimte te verschaffen de problemen op te lossen. Terugdenken is gedurende de afgelopen twintig jaar door de hectiek van het werk te weinig gebeurd. Die bezinning moet er nu komen. Vooruitdenken kan ook in alle rust. En op basis van die bezinning zal er voor Peer en Dini best een aardig plan voor de toekomst uitrollen. Daar hebben ze alle vertrouwen in. BvS ‘Het wethouderschap eiste zijn tol vooral voor de privacy, dat gold ook voor de kinderen’
21 Geen ‘Tupperware-bakken’ bij oldtimersfreaks Vader en zoon verzamelen oude brommers Behalve het koektrommeltje in huis geenTupperware-bakken (brommers zoals ze tegenwoordig met veel plastic gemaakt worden) aldus Peter van Hamond (62) en zoonMichael Adam (19). Voor de rest staat de keuken en heel de kamer vol met oldtimerbrommers. Sprakeloos word je tijdens het aanschouwen van de vele vehikels van zo`n 30, 40 of bijna 50 jaar oud die ze samen van a tot z hebben gerestaureerd. “Je haar kammen dat doe je gewoon door op een spatbordje of tank te kijken in plaats van in een spiegel,” zo vertellen deze twee Heeswijkenaren die verzot zijn op rijwielen uit vervlogen tijden. “Mijn vader had vroeger een vrachtwagenbedrijf en dan kom je al snel in aanraking met moeren en bouten. Ik ben dan ook toen ik de ambachtschool had doorlopen direct thuis in de garage begonnen met het repareren van vrachtwagens”, vertelt Peter. “In de jaren vijftig en zestig reed bijna iedereen op een brommer, tegenwoordig rijden ze met de 18 jaar meteen een auto maar dat was vroeger heel anders. Toen was men blij als er brommer gereden kon worden. Je was dan ook zeker verliefd en trots op je eerste brommer, en van de brommers uit die goede oude tijd is de verliefdheid nooit meer verdwenen.” “Toen ik begin jaren 70 de helaas overleden wegracer Mari van den Berg leerde kennen, kwam ik eigenlijk aan m`n eerste opknapper. Mari had een aantal bromfietsen gekocht van Toon Lommers, de fietsenmaker van Heeswijk, allemaal van die echte ouwe inruilbrommers. Toen ik bij Mari kwam, zag ik een tandem staan en wilde die hebben, waarop Mari antwoordde: “Ge nimt um mar mee”. En toen is het eigenlijk begonnen. Dat was dus in feite min of meer m`n eerste project, ’n Eysink Renata, een tandem B de Luxe uit 1957 ooit gemaakt in Soest, in het fabriekje van Dick Eysink.” Originele onderdelen En Peter gaat door: “Meteen toen ik deze bromfiets helemaal in originele staat had terug gebracht, kocht ik in Wychen een motortje en Mari een fiets met hulpmotor. En ja van het een komt het ander, zo heb je er eentje en zo twee en drie enz. enz.Michael en ik hebben er nu zo`n 20 in originele staat hersteld en zijn nog alle dagen bezig met het restaureren van onder andere een Honda en een Dax, iets speciaals waarvan er straks hoogstwaarschijnlijk maar een van in de wereld is. Veel mensen vragen wat deze brommertjes nou vandaag de dag eigenlijk waard zijn maar dat is heel moeilijk te zeggen want dat hangt sterk af van het type en de staat, maar de Honda`s zitten goed aan de prijs. We hebben onder anderen een Victoria Avanty, een Duitse sportbrommer uit 1959; die zijn ook vrij duur. Het duurste maar ook het moeilijkste is om originele onderdelen aan te komen, Michael is dan ook regelmatig het internet af aan het struinen om een bepaald kabeltje of bijvoorbeeld rubbertje te vinden waar ook ter wereld. Als het echt niet lukt, dan moet zo’n onderdeel met eigen handen worden vervaardigd en dat kost veel geld en tijd.” Viertakt pruttelaars Vroeger reed Peter altijd tweetakt brommers, maar de meeste opknappers waar ze de laatste jaren aan gewerkt hebben zijn allemaal viertakt modellen. ”Dat loopt toch wat eu… mooier,” zegt Peter twijfelzuchtig. ”Verstand komt met de jaren,” zo valt Michael in. Michael die nu 5 jaar de oldtimercompagnon van Peter is, heeft hem daarvan weten te overtuigen. Vandaar dat heel het gezin menig tourtocht en bromfietstreffen aangaat met een of andere bejaarde viertakt pruttelaar, want niet alleen Peter en Michael bestijgen regelmatig zo`n historisch voertuig maar ook Tiny en Danielle, de partners van deze twee heren, toeren graag mee over ‘Neerlandsch weegen’. Peter laat tenslotte nog weten dat hij bezig is met een monumentaal pand in Heeswijk-Dinther waar alle glimmende gemotoriseerde tweewielers voor altijd tentoon zullen worden gesteld. Peter (links) en Michael poseren trots op enkele van de oude brommers
Riky Martens (58) Onzin, ze kunnen het veel beter combineren; dan kan het grootser opgezet worden. Als al het geld bijeen gelegd wordt, dan zijn er veel meer mogelijkheden voor de kinderen. Ik vind dat er nu teveel verschillen zijn voor de kinderen tussen Heeswijk en Dinther. Misschien dat er dan ook wat meer georganiseerd kan worden voor de bejaarden. De rommelmarkt voor de kinderen moet zeker behouden blijven. Angela v.d. Brand (34) Onzin, het is veel gezelliger om het op één plek te vieren. Bijvoorbeeld hier op de markt, dan komt alles bij elkaar en komen de kinderen gemakkelijker in contact met kinderen van de andere scholen. Nu is het lastig, de kinderen willen toch naar allebei de plekken. Ik vind het jammer dat er nog steeds zoveel verschil wordt gemaakt tussen Heeswijk en Dinther. Irma Driessen (41) Onzin, zo is het allebei een klein beetje. Als ze samen gaan, dan krijg je meer eenheid en dan kunnen ze het groter en mooier maken. Met twee comités bij elkaar krijg je meer ideeën, nu is het toch vaak hetzelfde. Heeswijk en Dinther gaan te vaak apart; dat merk ik ook als ik de mensen hoor praten. Ieder een aparte voetbalvereniging dat kan, anders worden ze te groot, maar Koninginnedag? Gewoon lekker samen vieren. Dorpspraat Twee Oranjecomités in HaDee, Het aanzien van Heeswijk en Dinther is de laatste jaren aardig aan verandering onderhevig geweest en menig gebouw heeft hierbij het loodje gelegd. Zoals de onder de naam ‘Het pakhuis’ ontstane Boerenbondwinkel aan de Balledonk. Bij veel inwoners van ons dorp overbekend, want wie kocht daar niet eens een potje verf, een tuinhark, of in de lente de eerste violen die je van verre af al toelonkten? Wat was eigenlijk de voorgeschiedenis van deze Boerenbond? Een reconstructie. De boerenbondwinkel begint zijn geschiedenis eind negentiende eeuw. In die tijd heerste er onder de boeren in Noord-Brabant grote armoede. Gerlacus van den Elsen, rector van het gymnasium van de norbertijnen in Heeswijk, trok zich het lot van deze boeren aan en richtte op 17 augustus 1896 een bond voor boeren op: de Noord-Brabantse Christelijke Boerenbond (N.C.B.). Enkele maanden eerder had deze ‘boerenapostel’ al zowel in Dinther als in Heeswijk een Boerenbond gesticht. In beide dorpen vonden de organisaties meteen veel weerklank en menig boer sloot zich hierbij aan. Na de N.C.B. volgde op 26 mei 1911 in Veghel de oprichting van de Coöperatieve Handelsvereniging (C.H.V.) waarbij de Brabantse boerenstand zich eveneens kon aansluiten. Hierdoor was het mogelijk voor de ‘Brabantse landman’, zo genoemd door Van den Elsen, om met andere boeren coöperatief veevoeders, meststoffen, zaai- en pootgoed et cetera in te kopen. Het was de bedoeling dat in iedere bij de C.H.V. aangesloten plaats een coöperatieve aan- en verkoopvereniging (c.a.v.) zou worden opgericht waar de goederen konden worden verhandeld. Maar de totstandkoming van deze c.a.v.’s, ook wel ‘pakhuizen’ genoemd, liep in het begin bepaald niet stormachtig. Pakhuis De juiste datum is niet te achterhalen, maar waarschijnlijk in de ‘crisisjaren’: de jaren dertig van de twintigste eeuw kwam er een pakhuis voor Heeswijk en Dinther samen, gelegen op Heeswijkse grond aan de Balledonk, op de plaats van de huidige ‘Mariuspoort’. Naast dit pakhuis lag in vroeger tijden nog een ‘paardenkerkhof ’ waar afgekeurde paarden van het tegenoverliggende slachthuis hun laatste rustplaats vonden.Toentertijd was er nog geen destructiebedrijf. Met de bouw van het nieuwe appartementencomplex werden nog beenderen van paarden aangetroffen. Het samengaan van Heeswijk en Dinther in één pakhuis bleek echter geen onverdeeld succes en na een flink meningsverschil werd besloten gescheiden verder te gaan. Dinther bleef waar het was en Heeswijk kreeg een nieuw onderkomen in een zijstraat van de huidige Dokter Boutkanstraat, de Molenberg. 22 Opkomst en ondergang van de Boerenbond Wim Ketelaars rond de jaren zestig bij de oude Boerenbond.
Tonny van Liempt (59) Onzin, ik vind het heel jammer.Geen aparte optochten houdenmaar samen één programma, alleen maar leuk. Ik denk dat het samen vieren van Koninginnedag wat toe kan voegen, het samen plezier maken en het vergroten van het saamhorigheidsgevoel. Het angstvallige gedrag om Heeswijk en Dinther apart te houden is toch allang achterhaald. Zelf kan ik het niet gaan vieren, want ik ben op Koninginnedag jarig. (Red.: alvast proficiat!) Herald Smits (35) Het maakt mij niet zo heel veel uit. Ik moet zelf altijd werken op Koninginnedag en kan het dus niet vieren. Ik denk wel dat je meer georganiseerd kunt krijgen wanneer je het samen viert, meer dan wanneer Heeswijk en Dinther het apart vieren en het is ook beter voor het gemeenschapsgevoel. Carola van de Berg (42) Eigenlijk is het onzin, er gebeurt al zoveel apart en het is één dorp, dus waarom apart. Als we het samen vieren, dan kan het ook wat groter opgezet worden, bijvoorbeeld hier op het marktveld. Vroeger gingen we met de hele school Koninginnedag vieren, samen fietsen versieren, samen ballonnen oplaten. Ik heb daar goede herinneringen aan en het zou leuk zijn, als dit met alle scholen samen gevierd zou worden. AJ En de naam zegt het al: op deze plek stond vroeger een molen die in de jaren dertig in vlammen opging. In het algemeen waren de pakhuizen dusdanig ingericht dat de vloeren dezelfde hoogte hadden als die van de door paarden getrokken boerenkarren. Dit om het laden en lossen van goederen te vergemakkelijken. Van Molenberg tot Balledonk Ieder opgericht pakhuis kende een afzonderlijk bestuur met de pastoor als geestelijk adviseur. Diens bemoeienis werd echter niet altijd even positief ervaren. Daarnaast had het bestuur een secretaris die tevens als zaakvoerder het pakhuis leidde. Een van de zaakvoerders was Wim Ketelaars die deze taak in 1957 in Dinther op zich nam. In later jaren kreeg hij assistentie van Frits van der Heijden. Ketelaars werkte vijftien jaar op het pakhuis en twintig jaar in de buitendienst waar hij voorlichting gaf aan boeren. In 1992 nam hij afscheid. Toon Broeren werd in 1965 als chauffeur aangesteld op de Molenberg onder zaakvoerder Martien Voets. Aanvankelijk per tractor, naderhand per auto, bracht hij de verschillende goederen naar de boeren. Broeren werkte tot 1996 bij het pakhuis, echter niet alleen op de Molenberg, naderhand ook op het pakhuis aan de Balledonk toen Heeswijk en Dinther zich weer verenigd hadden. De Molenberg, afgedaan als pakhuis, bleef echter als hoofdkantoor fungeren. Het aanvankelijke assortiment van het pakhuis werd geleidelijk aan uitgebreid. Niet alleen met agrarisch gereedschap, maar ook zaken als prikkeldraad en kolen gingen tot de handel behoren. Fusie In mei 1972 werd na een algemene ledenvergadering besloten tot een fusie van meerdere dorpen, waar onder Heeswijk en Dinther, die samen het rayon ‘De Leijgraaf ’ vormden. Het bestuur hiervan had hierbij uit ieder dorp één vertegenwoordiger. Voor Dinther was dit Harrie van de Meerakker en voor Heeswijk behartigde Mariek van der Heijden de belangen. Het Dintherse pakhuis aan de Balledonk was inmiddels vergroot en het verkooppakket opnieuw uitgebreid en aangepast aan de nieuwe tijd. Bovendien werd er een nieuwe naam opgeplakt: ‘Boerenbondswinkel’, of kortweg gezegd: ‘Boerenbond’. Maar lang heeft het allemaal niet mogen duren voor de Dintherse Boerenbond, want het was niet lonend meer om de winkel in stand te houden. Gerrie van Aspert was tenslotte de laatste medewerkster in een lange reeks. In september 2002 viel tenslotte het doek voor de Boerenbond. Een weliswaar fraai complex is er voor in de plaats gekomen, hoewel we de violen nog steeds missen… RM zin of onzin? 23 Rond 1996. Toon Broeren en Gerry van Aspert in “hun”Boerenbond.
Betaalbaar vakwerk Van 1748-1756 leefde er in Dinther een predikant, Dominee Jacob Pencier. Deze was getrouwd met Cornelia Disper en zij vonden dat ze iets moesten doen voor de gegoede jeugd van Dinther en omstreken. Hij stichtte een kostschool, en wel een bijzondere, namelijk een “Franse kostschool voor jonge juffers”.Het gold in de 18e eeuw nu eenmaal voor deftig als men de Franse taal sprak en een Franse opvoeding genoten had. Op verschillende plaatsen in Nederland vond men dergelijke privékostscholen, maar voor Dinther was het zeer bijzonder. Het is niet bekend of de school veel leerlingen telde. Na de dood van Pencier op 1 maart 1756, nam zijn weduwe de scepter over en zij bleef dit doen tot aan haar onverwachte dood op21 september 1761. Omdat zij niet ziek was geweest, waren er ook geen maatregelen getroffen, hoe het nu verder moest met de damesleerlingen. De weduwe Pencier had nog wel familieleden, maar haar vader, broer en zuster woonden op Texel. In verband met de slechte toestand van de wegen en het langzame vervoer per koets, kon niet gewacht worden tot die waren overgekomen. Daarom besloten de schepenen van Dinther twee curatoren aan te stellen over haar nalatenschap en af te handelen dat ‘de Juffers’ met hun bezittingen weer thuis kwamen. Aangesteld werden Hermanus Niklaas, schepen te Dinther, en Johannus Buschman, koopman in kruidenierswaren te ’s Hertogenbosch. Het was zeer belangrijk dat het heen zenden van de ‘Juffers’ goed werd afgehandeld. Want in de bepalingen van de school stond: ”Bij het verlaten van de school valt het linnengoed, het tingoed en het zilver van de leerling toe aan de school”. Dus het opzetten van zo’n school was niet alleen een liefdadigheidsinstelling, maar ook een zeer lucratieve bezigheid. Om een idee te geven hoe het er op zo’n school aan toe ging, is het volgende ontleend aan de ”Conditien van ’t Frans juffrouwen kostschool te Oosterhout van 1770.” De meisjes moesten voordat ze ingeschreven konden worden en het schoolgeld hadden betaald verplicht het een en ander meebrengen. Een zilveren couvert bestaande uit minstens: mes, lepel en vork. Twee tinnen borden en een tinnen kamerpot, zes servetten, twee paar lakens en slopen en twee handdoeken. Dit alles werd eigendom van de school. De ‘juffers’ werden onderwezen in “de Franse en Nederduitse talen, het leren schryven en cyferen, het leren breyen , naayen en borduren”. Alles voor de som van 170 gulden per jaar. De kosten van de ‘paruykmaker’ bedroegen 10 gulden. De 18e eeuw staat bekend als de Pruikentijd. En dus hoorden een pruik en de verzorging daarvan bij de opvoeding en het maken van het toilet van de juffers. Regelmatig werd hiervoor een pruikenmaker ingehuurd. Voor de huur van een plaats in de kerkbank met een stoof voor de voeten te warmen was per jaar 2 gulden verschuldigd. Voorts was er geld verschuldigd voor dans en muzieklessen, want beide moest je goed beheersen om aan de man te kunnen komen. Uit deWojstap-kroniek 10 mei 1990, Mevr-J.Reijnen-Ijseldijk Jonge juffers op een Franse kostschool te Dinther M. Dobbelsteen Lariestraat 23 Heeswijk-Dinther Tel. 0413 - 291382 Mobiel 06 - 12097637 Waan u even in de tijd vanweleer. Kasteelfeesten Wie verlangt er niet zo af en toe eens, al is het maar in gedachte, te mogen vertoeven in de tijd van de Middeleeuwen. Deze droom kan nu werkelijkheid worden. OpHemelvaartsdag, van 10.00 uur tot 17.00 uur is de omgeving vankasteelHeeswijk omgetoverd in de tijd van weleer, compleet met een volledig kampement van de compagnie van Brederode, ganzenhoeder, valkenier enz. enz. U mag uzelf even ridder of jonkvrouw wanen. Zowel passief als actief kunt u genieten van allerlei spektakelstukken. U beeldt zich in dat u de jonkvrouw Genoveva bent of ridder Rodert, haar heimelijke liefde. U bent uitgehuwelijkt aan een bevriende graaf, waar u een heimelijke liefde koestert voor een ander. Via een list bent u in staat deze geheime minnaar in de vorm van Ridder Robert te ontmoeten, maar uw vader heeft het bedrog doorzien en vecht een strijd op leven en dood uit met uw ridder. Plotseling kunt u oog in oog staan met een melaatse of bedelaar, uw pad wordt doorkruist door een ganzenhoeder of de valk scheert rakelings over uw hoofd, op zoek naar prooi. Oude beroepen en ambachten herleven en u kunt daar deelgenoot van zijn. Dit alles in de landelijke omgeving van kasteel Heeswijk, dat zijn deuren wijd open zet om u te kunnen ontvangen en een blik waardig te gunnen in de Middeleeuwen. Zowel buiten als binnen is er volop te zien, te doen en te genieten, ook voor de jongere bezoekers. Al met al voldoende redenen om 25 mei 2006 in uw agenda te reserveren om met het gezin een dagje terug te keren naar de tijd van ridder Robert, terug naar de Middeleeuwen.
www.hadeejer.nlRkJQdWJsaXNoZXIy MjU2Mzc=