d'n Hadeejer februari 2009

de echte onderduikers Jaargang 6 Nummer 2 februari 2009 En óók: Pronkzitting - HaDee interview - Regenboogviering - Dorpspraat - Brug Terug - Ingezonden - en nog veel meer

3 | februari 2009 D’n HaDeejer, maandblad voor inwoners van Heeswijk en Dinther Redactie: Annemieke van der Aa René Kuijs Tonny van Liempt Jacques van der Meijden Harry Mikkers Ad van Schijndel Medewerkers aan dit nummer: Robert Deckers Jos Dortmans Henk Habraken Anita Jacobs Marko Konings Toon Konings Hans Manders Cathelijn van der Meijden Jeroen de Mol Bart van Schijndel Noortje van Schijndel Jan Schuurmans Wim Smits Tom Vos Michel van de Wetering Vormgeving: Antje van Deursen Corina Gloudemans Carlijn van der Steijn Monique van de Ven Fotografie: Astrid van den Broek Marlies Dortmans Kirsten van der Heijden Trudy van de Wetering Piet van Zutphen Kopij/informatie: Uiterste inzenddatum: 1e van de maand E-mail: redactie@hadeejer.eu Advertenties: Uiterste inzenddatum: 15e van de maand E-mail: advertentie@hadeejer.eu Bel Jacques van der Meijden: 06-11472441 Vragen over bezorging: Bel Toon Konings 06-53584742 bezorging@hadeejer.eu Jaarabonnement niet-inwoners: € 36,00 incl. verzendkosten Druk: Drukkerij Berne, Heeswijk Oplage: 3250 stuks D’n HaDeejer is een uitgave van Stichting Dorpsnieuws. Niets uit deze uitgave mag worden over-genomen zonder schriftelijke toestemming van de uitgever. Voorwoord februari Geheim Inhoudsopgave Carnaval zit er weer op. Onze fotograaf liep mee achter de gordijnen o.a. bij de pronkzittingen in De Zaert. Het blijft een gebeurtenis apart. En de nieuwe prins van Snevelbokkenland kan weer een jaar vooruit. Het is knap hoe men ‘de nieuwe prins’ altijd weer geheim weet te houden. Twee van onze medewerkers werden zelfs regelmatig getipt. Intussen weten we dat ze het weer niet geworden zijn. Minder geheim is het gemeentelijke en provinciale spel rond een mogelijke herindeling. Er mag meer politiek in d’n HaDeejer, zeggen sommige dorpsgenoten. Vooruit dan. In de Dorpspraat zijn de meningen verdeeld, maar Bart van Schijndel is duidelijk tegen grootschaligheid. Ook onze columnisten hebben het er maar druk mee. Volop discussie dus. Intussen blijven wij gewoon bij onze twee dorpen. Of moeten we misschien Loosbroek annexeren? Voorlopig lijkt ons dat niet nodig, gezien de bijzondere personen die we weer vonden en die in dit nummer vertellen over hun passie. Allereerst de valkenier Rini Maas die we van tijd tot tijd met zijn slechtvalk door de buitenwijken zien wandelen. En dan de twee duikers die bij Gloria Maris in Den Bosch hoge functies hebben en die ook in de winter kopje onder gaan. Een bijzonder interview kun je lezen over Jeroen Cornelissen die zich bezig houdt met biomoleculaire nanotechnologie aan de universiteit van Twente. Hij ging van Loosbroek tot Enschede, maar heeft toch zijn hart verpand aan HaDee. Voor met name Henk Habraken is het fijn om te horen dat Dinther ook wetenschappelijk op een hoog niveau staat. De vasten is begonnen, een goeie tijd om te lijnen en de zaak op een rijtje te zetten. Zo kunnen wij bij ons blad nog wel enkele schrijvers en fotografen gebruiken. Kijk eens naar jezelf en om je heen. En laat het ons weten. Geheimhouding vooralsnog verzekerd. Veel leesplezier De redactie 3 Voorwoord Geheim 5 Bijzondere hobby Valkenier Rini Maas 7 Import Rick en Dorothé 9 Politiek Bernheze Groot, groter, grootst 13 Toneel ZLTO Zilveruitjes en augurken 15 Naar de kerk De regenboogviering 17 Ingezonden Nieuwe website Wojstap 18 Interview Een hoogleraar uit Dinther 22 Rubriek duurzaam Ook voor particulieren 25 Over de grens Rene voor de televisie 27 Sport Meisjesvoetbal 28 Fotoreportage Variaties met Carnaval 31 Zakelijk bekeken SNS Regiobank 33 Een Brug terug 50 jaar geleden in het nieuws 34 Agenda Snuffelen en schoonmaken En óók: meisjesvoetbal Colofon

Advertorial

5 | februari 2009 Valkerij is topsport Rini Maas is van jongs af aan geïnteresseerd in roofvogels. Hij heeft een speciale opleiding gehad voor valkenier. “Je moet alle vogels kennen, gewassen kennen en er is een hoop theorie rond de jacht. Ik neem mijn valkeniersakte altijd mee, want er wil wel eens iemand de politie bellen, omdat hij denkt dat je aan het stropen bent. In Nederland zijn in totaal 200 valkeniers. Ik ben lid van de landelijke vereniging Jacoba van Beieren. Meestal gaan we met 3 of 4 man op stap. Hier uit het dorp ben ik de enige. Valkerij is een topsport. Je moet er zeven dagen in de week mee bezig zijn. Je moet er passie in hebben, anders hou je het niet vol. Om de conditie van de vogels op peil te houden, moet je minimaal om de dag gaan vliegen. En denk ook aan de papieren die het ministerie eist, dat is een berg rompslomp.” Meeuwen en kraaien De jacht loopt van september tot en met januari. Rini jaagt op konijnen, houtduiven, kraaien en fazanten. Vrijwel elke dag gaat hij op stap. Altijd met toestemming van de grondgebruiker. Hij heeft zelfs geprobeerd er een beroep van te maken. Rini Maas vertelt hoe hij bij de waterzuivering gaat vliegen om de meeuwen te verjagen: “Die schijten daar alles onder. Eigenlijk zou je daar een hele week moeten vliegen, dag en nacht. Maar alles moet voor noppes. Nu komen ze achter je kont weer terug. Bij het golfterrein bij Engelen ben ik ook veel geweest. Je werkt dan preventief. Op kraaien jagen is best moeilijk. Als ver weg je valk een kraai slaat, vliegen de andere kraaien er meteen op af en pikken je valk de ogen uit. Dat is dus oppassen geblazen.” Wijven en tarzels Rini Maas heeft twee valken, een slechtvalk en een zogenaamde Harris hawk. Het zijn allebei ‘wijven’. Die zijn groter en sterker dan de mannetjes die men ‘tarzel’ noemt. De slechtvalk, Bullit geheten, is tijdelijk buiten bedrijf ofwel weggezet. “Het is een jonge fanatieke valk en nog te wild als ze op een kraai zit. De staartpennen zijn kapot. Een slechtvalk is voor de hoge vlucht en haalt snelheden van 200 km/uur als hij pijlsnel omlaag komt. Dan pakt hij de fazant in de vlucht en schiet pijlsnel weer omhoog. Hij maakt een rondje en slaat de fazant opnieuw. In de praktijk pakken we niet zoveel wild. Het gaat meer om het vliegen. De Harris hawk (Luna) is meer een allrounder. Ze slaat bij wijze van spreken van een kikker tot een haas.” In de jachttijd eten de vogels wat ze zelf slaan. Of ze worden bijgevoerd met jonge kuikens die Rini in grote dozen koopt bij een groothandel in Eindhoven. In de ruitijd krijgen ze alleen duif, rood vlees met veel vitaminen. Hij weegt ze ook regelmatig: Bullit weegt circa anderhalve kilo. Vaktermen Iemand een loer draaien komt uit de valkerij. Een loer is een touw met daaraan een schijnprooi die bestaat uit leer met veren en een stukje vlees. De valkenier draait de loer om zijn vogels te trainen. Aan zijn poten zit een kort schoentje en een vast schoentje, een riempje dat er om is gevlochten. Dan heb je nog de ‘wortel’ of ‘draal’, een belriempje met een zilveren bel. De slechtvalk heeft een kapje van leer rond zijn kop, de huif. Anders wil hij altijd vliegen. De jachthond, een zesjarige drijvende spaniel gaat natuurlijk ook altijd mee. En soms de twee fretten om de konijnen de grond uit te jagen. “De konijnenstand is gelukkig weer flink toegenomen,” zegt Rini. “En door de jacht houd je de snelle populatie over. En och, heeft iemand last van veel konijnen, laat dat dan gerust weten.” In de Mgr. Dubbelmanstraat in een vrij kleine tuin heeft Rini Maas (50 jaar jong) twee roofvogels ondergebracht, twee fretten en een jachthond. Hij is praktiserend valkenier en je ziet hem met zijn vogels en hond regelmatig aan de buitenkanten van Heeswijk en Dinther rondwandelen. Volgens Rini is dat ideaal hier: “Ik woon nu vier jaar hier. In Den Bosch was het anders. ‘Hé, vieze jager’ kreeg je daar naar je hoofd. Hier hoef ik maar een paar straatjes uit te lopen en ik ben buiten. En de mensen zijn vriendelijk, komen even kijken en maken een praatje.” Tekst: Ad van Schijndel Foto: Trudy van de Wetering Op jacht met valken, fretten en een drijvende spaniel Valkenier Rini Maas bedrijft bijzondere topsport Rini Maas “Meeuwen schijten daar alles onder”

Hoe zijn jullie in HaDee terecht gekomen? Rick: “We hadden een huurhuis in Nuland en wilden daar eigenlijk bouwen. We hebben 10 jaar op de wachtlijst gestaan, maar de gemeente had zoveel restricties dat we niet meer wilden. Toen zijn we rond gaan kijken in de dorpen om Den Bosch heen met één eis: een dorpskern met een terras.” Dorothé: “We waren Nuland ook een beetje beu, het is een beetje een kliekjesdorp. En Rick zag dit huis met de oprit en was verkocht. Heeswijk was bovendien bekend in de familie.” Hoe is het wonen hier? Al ingeburgerd? Dorothé: “Heel prettig. De mensen zijn open en vriendelijk. We kenden helemaal niemand, we hebben geen kinderen, dus je moet het helemaal zelf doen. Oa. via De Kersouwe zijn we snel ingeburgerd. We willen nooit meer terug.” Rick: “We zijn met de kont in de boter gevallen. Het zijn eigenlijk twee dorpen dus er is van alles twee keer iets te doen. Dat maakt het gemis van dat terras weer goed.” Waar worden jullie blij van? Rick: “Als de lente begint en het zonnetje schijnt. Dan ben ik lekker buiten bezig.” Dorothé: “Overal, want ik ben een blij mens. Gezelligheid, een muziekje! We zijn nooit down.” Wat is jullie grootste ergernis? Rick: “Onrecht, wat ik zo voel. Bijvoorbeeld een moeder die een kind slaat.” Dorothé: “Het verkeer. De dagelijkse files naar Eindhoven. En de hondenpoep achter ons kantoor daar.” Favoriete vrijetijdsbesteding? Dorothé: “Hardlopen, 3x per week een km of acht. En samen zijn we fanatiek betrokken bij De Kersouwe. Daar heb je een grote variatie van mensen en het is er altijd gezellig.” Rick: “Ook lees ik graag spannende thrillers en bouw websites.” Favoriete vakantiebestemming? Samen: “We houden van doe-vakanties. Veel zelf regelen. We hebben al veel grote steden bezocht: Dubai, Hongkong, Singapore, Bangkok. Binnenkort gaan we naar New York.” Hoe ga je ommet de financiële crisis? Rick: “Ik moet de inkoop regelen in verband met het binnenstads toezicht. Er wordt meer geïnvesteerd. De werkdruk neemt toe.” Wat is je toekomstdroom? Dorothé: “Je moet open blijven staan voor de leuke dingen. Ik ben nu 40 jaar, maar er zijn geen leeftijdsgrenzen.” Rick: “Ik ben heel tevreden zoals het nu is. Ik hoop dat we samen gezond oud worden. Hopelijk bestaat er over 20 jaar nog een fatsoenlijk pensioen.” Wat is jullie motto? Samen: “Eén dag niet genoten is één dag niet geleefd. Ben bewust van de kleine dingen.” Import over HaDee Rick van Bommel (47 jaar) en Dorothé van Lee (40 jaar) wonen in april vier jaar in de Wilgendreef. Ze zijn getrouwd en hebben twee cairnterriërs, Joep en Guusje. Vanuit Nuland zijn ze hier gekomen. Rick, opgegroeid in Noord-Limburg, is regievoerder parkeren bij de gemeente Den Bosch en Dorothé is relatiebeheerder bij Dekker Desk One, een financieel adviesbureau in Eindhoven. HaDee 40 jaar Nu HaDee 40 jaar bestaat, moet ik daar wat meer aandacht aan schenken. In de vorige HaDeejer heeft u uitvoerig kunnen lezen over de wonderbaarlijke klucht die de samenvoeging van Heeswijk en Dinther was. Belangrijke historische en informatieve lectuur voor iedereen die de samenvoeging niet heeft meegemaakt of meent dat er geen verschil is tussen Heeswijk en Dinther. Desalniettemin (mooi woord is dat) is de samenvoeging van Heeswijk en Dinther op 1 januari 1969 een feit. “Oké, het zij zo,” denk ik dan, want “niets betreuren is het begin van alle wijsheid”, schreef L. Börne ooit. Voor velen moet het verhelderend zijn om ook in d’n HaDeejer te ontdekken waar de grens tussen Heeswijk en Dinther eigenlijk loopt. Duidelijk is op die kaart te zien dat, zoals je nogal eens hoort, “Hezik kermis” en de “mert in Hezik” niet bestaan. Hoewel de kermis dus altijd in Dinther staat, heb ik, na de samenvoeging, de uitdrukking “Dinther kermis” nooit gehoord. Nee, ofschoon Dinther ouder en groter is, blijft het steeds in zijn wijsheid bescheiden. Heeswijk is, zoals ook duidelijk blijkt uit het verhaal van de samenvoeging, steeds veel luidruchtiger. “Och ja,” denk ik met een glimlach, “wijsheid betekent accepteren wat men is en wat men bereiken kan. Hij is wijs, die iedere dag een plezier weet te ontdekken.” Tenslotte nog dit. De gemeente is het 15 jarige bestaan van Bernheze aan het vieren. Maar 15 jaar geleden hoorden wij bij Heesch. Bernheze is geboren op 28 januari 1995. Ik weet het zeker; ik was erbij. Nou ja… ondanks alles wordt het toch weer lente! Henk Habraken Tekst: Ad van Schijndel Foto:Trudy van de Wetering column Henk 7 | februari 2009

9 | februari 2009 In 1969 waren er maar weinig mensen die de samenvoeging van Heeswijk en Dinther wensten. Maar door de geografische ligging en de toch wel heel kleine schaal was die samenvoeging nog te begrijpen. De samenvoeging van 6 plaatsen tot het bestuurlijke wangedrocht Bernheze zag helemaal niemand zitten. En nog steeds zijn er (behalve de bestuurders) nog geen mensen te vinden die deze samenvoeging toejuichen. Het zijn twee voorbeelden van schaalvergroting, die bij de burgers weinig enthousiasme losmaakten of zelfs voor afkeer zorgden. En toen liet “onze” burgemeester Heijmans zich enkele maanden geleden ontvallen dat het allemaal nog veel groter moet. Toen ik het las, dacht ik nog even dat onze eerste burger een onverwachte aanval van hoogmoedswaanzin had gekregen, maar al snel bleek dat er ergens in de donkere krochten van bestuurlijk Brabant een weloverwogen plan was gesmeed om de laatste restjes betrokkenheid van burgers bij hun directe leefomgeving de nek om te draaien. Liefst twee gemeentes (Maasdonk en Landerd) moeten worden geannexeerd om “de nodige slagkracht” te kunnen verwerven. Er moet weer zo nodig ergens een vuist tegen worden gemaakt en natuurlijk kan dat niet als je een gemeente bent van minder dan 100.000 inwoners of daaromtrent. Betrokkenheid van de burger Burgemeester Heijmans en degenen die hem op dit heilloze spoor hebben gezet, zouden toch onderhand moeten begrijpen dat groot, groter, grootst niet de oplossing is voor de problemen die zij zien. En problemen zijn er zeker wel, alleen het zijn andere dan onze burgervader ziet. Het eerste probleem is het feit dat er geen betrokkenheid meer is met de gemeentepolitiek (de beroemde kloof tussen burger en politiek, weet u nog wel). In de voormalige gemeentes werd er in de tijd van gemeenteraadsverkiezingen druk gesproken over de voors en tegens van de diverse kandidaten. Dat kon ook, want je kende die mensen. Je kon er ook een mening over hebben. En de opkomst was hoog, soms tegen de 90 %. In 2006 ging in Bernheze nog 58,6 % van de mensen stemmen voor de gemeenteraad. En ik durf te wedden dat als je de gemiddelde HaDeejer op de markt vraagt wie de wethouders van deze illustere gemeente zijn, dat ze niet verder komen dan Ad Donkers en Peer Verkuijlen (maar die is geen wethouder meer). De gemiddelde burger is niet meer betrokken bij zijn lokale bestuurders. Uit bijgaande overzicht van de gemeenteraadsverkiezingen 2006 blijkt dat de “dorpspartijen” OPG (Heeswijik-Dinther), ABB (Heesch) en Nistelrode Solidair (Nistelrode) respectievelijk 81%, 82% en 95% van hun stemmen haalden uit de kernen waar ze voor zeggen op te komen. Kiezers hebben dus blijkbaar geen gevoel voor Bernheze. En amper bestaat deze bij elkaar gefantaseerde gemeente (15 jaar al!) of het moet allemaal nog groter. Dit probleem (geen betrokkenheid van de burger bij de gemeente) is veroorzaakt door de schaalvergroting. Het bestond daarvoor niet. Schaalvergroting was dus geen oplossing voor dit probleem, maar veroorzaakte het juist. Een tweede probleem is de afstand, zowel letterlijk als figuurlijk. Ik ben een paar keer gedurende het afgelopen jaar naar Heesch geweest. Behalve dat er een belachelijk statusgebouw is neergezet kost het me ook 26 drempels heen en 26 drempels terug om een bezoekje van 5 minuten te brengen aan “mijn” bestuurscentrum. Vroeger liep ik even bij “de geminte”binnen. Lees verder op pagina 11. In het vorige nummer van De HaDeejer werd speciale aandacht besteed aan de samenvoeging Heeswijk en Dinther tot HeeswijkDinther, 40 jaar geleden, in 1969. Is de kwaliteit van de zorg van de gemeente voor de burgers beter geworden? Groot, groter, grootst. Maar nooit groot genoeg!? Bestuurders proberen burger verder van de overheid te vervreemden Tekst: Bart van Schijndel Foto: Piet van Zutphen

11 | februari 2009 Vervolg pagina 9 En die ene keer dat ik voor het verlengen van mijn rijbewijs het genoegen had om in het voormalige gemeentehuis aan te schuiven, was het er net zo druk als vroeger in de wachtkamer van dokter Luijkx. De lokale bestuurders en regelgevers worden steeds moeilijker benaderbaar voor de gemiddelde burger. Waar moeten we straks naar “ons”gemeentehuis? In Oss, Uden, of nog verder weg? Dit probleem is veroorzaakt door de schaalvergroting. Het bestond daarvoor niet. Schaalvergroting was er dus geen oplossing voor, maar veroorzaakte het juist. De kosten Een argument voor schaalvergroting, dat vaak wordt gebruikt, zijn de kosten. Ik zou ons aller burgervader willen vragen om de volgende vragen zonder omwegen te beantwoorden: Welke financiële bijdrage leverden de burgers van Heeswijk, Dinther, Nistelrode en Heesch aan hun afzonderlijke gemeentes? En wat is hun bijdrage aan Bernheze? Wat ontvingen de burgers van Heeswijk, Dinther, Nistelrode en Heesch uit de algemene, landelijke kas van de belastingbetaler? En die van Bernheze? En vanaf 1969 de burgers van Heeswijk-Dinther? Hoeveel ambtenaren hadden Heeswijk, Dinther, Nistelrode en Heesch afzonderlijke en hoeveel hebben ze er samen in Bernheze? Wat kostte het besturen van de afzonderlijke gemeentes Heeswijk, Dinther, Nistelrode en Heesch? En wat kost Bernheze? Ik durf te wedden dat alles vele malen duurder is geworden (en dat is niet alleen de schuld van de inflatie en de euro). De kwaliteit Is de kwaliteit van de zorg van de gemeente voor de burgers beter geworden? Als je bij kwaliteit ook de aspecten meer anonimiteit, meer afstandelijkheid, minder betrokkenheid, meer regelzucht, e.d. betrekt is de kwaliteit zeker slechter. Misschien dat enkele grotere werken wat gemakkelijker kunnen worden uitgevoerd, maar de kwaliteit van wegen, rioleringen, huizenbouw, straatverlichting, verkeersveiligheid is er niet echt beter op geworden. Ivoren toren Als we dus zien dat de betrokkenheid van de burger bij het bestuur en de betrokkenheid van het bestuur bij de burger ernstig heeft geleden, als we zien dat de kosten zijn gestegen en de kwaliteit in verhouding niet, dan moeten we toch concluderen dat het voorstel tot de vergroting van Bernheze, elke relatie met de dagelijkse werkelijkheid mist. Burgemeester Heijmans heeft dat samen met zijn grootheidsmaten in hun ivoren bestuurderstoren zitten bedenken en heeft er geen idee van wat er onder de burgers leeft. Veel burgers wilden Heeswijk-Dinther niet, niemand wilde Bernheze en nu komt iemand op het idee om alles nog eens te verdubbelen. Grotere scholen hebben geen beter onderwijs gebracht en zeker geen grotere betrokkenheid van de ouders bij het onderwijs aan hun kinderen (niemand uit HaDee kan nog één bestuurder van de school van zijn kinderen noemen), grotere zorginstellingen hebben alleen maar gezorgd voor afstandelijke en bureaucratisch zorg voor onze bejaarden, een grotere gemeente zorgde voor minder democratie. HaDeejers Laat je niet het zoveelste bestuurlijke oor aannaaien. Blijf niet passief, zoals bij de vorming van Bernheze. Voor je het weet ben je samen met Uden, Veghel, Oss en verre omstreken lid van de gemeente Noord-Oost-Brabant en word je op grote afstand bestuurd door technocratische, ondemocratische bestuurders. Op die manier kunnen ze hun gang gaan en hebben ze van jullie geen last meer. En daar gaat het ze om!! Gemeenteraadsverkiezingen 2006 per plaats Heesch % Loos- broek Nistelrode Vorstenbosch HeeswijkDinther Bernheze Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal OPG 40 3% 147 10% 37 2% 58 4% 1.210 81% 1.492 ABB 1.415 82% 40 2% 148 9% 26 2% 95 6% 1.724 NS 50 3% 8 0% 1.650 95% 16 1% 20 1% 1.744 PP93 753 44% 75 4% 163 9% 177 10% 562 32% 1.730 CDA 1.015 31% 418 13% 478 15% 513 16% 841 26% 3.265 VVD 687 60% 79 7% 99 9% 74 6% 215 19% 1.154 SP 1.128 57% 63 3% 224 11% 56 3% 499 25% 1.970 Totaal 5.088 39% 830 6% 2.799 21% 920 7% 3.442 26% 13.079

Tekst: Tonny van Liempd Foto: René Kuijs Wor blef d’n tet? Ik hoop dè gullie snel kunt leze, want ik skrèèf efkes wè vlug. Ik heb nameluk wè wendig tet. En d’r zen meer mense die wendig tet hebbe heur ik wellis. Trouwes ik heur wellis zegge “de mense hebbe ’t ollemol druk, ze hebbe ginnen tet mer vur mekare.” Mar dè kan nie kloppe. Es mense ’t druk hebbe, dan zen ze dus bezig mè venalterante dinger. En ’t lekt me sterk dèsse die dinger alléén mar vur durèige doen. Mar ik heb ’t nou ôk efkes druk. Ik ben al ’n hallef uur kwet ùm te leze wetter allemol in munne agenda stu. Mar des meer umdè ’t wa slordig geskreve is. En witte wè ’t is, ès ge ’t druk het, dan gebeure d’r aalt dinger die nermaal gesproke nojt gebeure. Es ik bevurbild host heb, en ik moet gauw efkes nar de winkel. Willik m’n sleutels vatte die nermaal aaltet in ’t kèsje ligge: weg sleutels! En dan die dinger zuuke en eraachter komme dèk ze spesjaal unne keer op ’n aander plotske ha gelit ùmdèk ze dan hendiger zô vèine. Dan moetik mè munnen auto aacherùt de misse af. Nojt kùmter unnen auto òn, mar ès ik host heb dan rèje d’r opins in inne keer twentig auto’s. Dus waachte tot die ollemol vùrbè zen. En waachte is nie erg, mar wel ès ge host het. En dan kommik bè ’n kruising. Die zen vort gelijkwaardig bons in ’t tùrp. En dan zulde zien detter net dan van vier kante unne wage kùmt. Dè betekent dè iedereen dan stopt ùm te kèke wie detter ès uurste zal ònrèje. In tussentet; waachte en nar mekare gape. Kostbaren tet verlóre, dus nog meer host. Vat ik nermaal ’n deuske ùm m’n bodskappe in te doen, mar ùm tet te bespoare hauw ik ze mar in m’n haand, mar ik moet zesendertig kirres ’n pèkske bóter oprape. En zo kom ik dan veul lotter trug van de winkel ès dèk bedoeld ha. En dan moek nog meer hoste, want alles gi op uur en tet. Mar hoe meer ik host, hoe meer dinger me opvalle die me tet kòòste. ’t Wùrt van kood tot erger. Soms dan doek dinger in munnen vrèjen tet, ùmdèk mèin dek tet over heb. Net zo lang tot dè al munnen tet ingedeelt is. Mar dan moek hoste want ik heb opins wendig tet. Mar ùmdèk host, kommik tet te kort, en ònt èind vant liedje hebbik gewoon ginnen tet. ToKo column Toon Zilveruitjes en Augurken in De Toren Het is een blijspel, geschreven door D.J. Eggengoor. Een avondvullend stuk in drie bedrijven onder regie van Maria van den Nieuwenhuijzen. Liefhebbers van komisch toneel worden op hun wenken bediend als ze het stuk gaan zien. Toneelgroep ZLTO is vanaf september tot en met maart actief met voorbereidingen voor de voorstelling. Naarmate de datum van optreden dichterbij komt, is men druk doende met (extra) repetities, decor, kleding etc. Een korte inhoud van het toneelstuk: In een oude boerderij op het platteland woont Jeremia Zwanepoel. Na de dood van zijn vrouw heeft Jeremia de boerderij verkocht. Nu is hij een camping met kantine en zwembad begonnen. Natuurlijk komen hier allerlei vreemde mensen op af met de nodige problemen en verwarde gevolgen van dien. Het is een voorstelling waar veel gelachen mag worden met dwaze voorvallen, allerhande typetjes en uitspraken. Het belooft een vermakelijke toneelavond te worden. Toneelgroep ZLTO nodigt u uit. Nieuw is dit jaar dat men vooraf plaatsen kan reserveren. Vanaf 7 maart is dat mogelijk bij Nelly Verbakel tel. 0413 – 292516. Ook kan men op de dag van de voorstelling vanaf 19.15 uur kaartjes kopen aan de zaal. De entreeprijs bedraagt 6 euro. De voorstelling begint steeds om 20.00 uur. Op zondag 15, zaterdag 21 en zondag 22 maart a.s. kan men weer van toneel gaan genieten. Toneelgroep ZLTO uit Dinther geeft dan haar jaarlijkse voorstellingen in Café Zaal de Toren, Zij spelen het stuk “Zilveruitjes en Augurken”. Repetitie in de Brouwersstraat 13 | februari 2009

15 | februari 2009 Al 2 jaar regenboogvieringen in kerken van HaDee Peuters en kleuters ‘eerste rang’ in de kerk Peuters en kleuters blijven niet stil in de kerkbanken zitten. Vaak reden genoeg voor ouders en opa´s en oma´s om de kerk te mijden. “Of ze gaan niet naar de kerk, omdat de missen pas op een tijdstip beginnen waarop kleine kinderen naar bed gaan”, weet Gerion Pelders (40) uit Dinther. Toch bestaat er sinds 2007 een alternatief: de Regenboogvieringen, als aanvulling op de bestaande (gezins)vieringen. Kerkelijke bijeenkomsten die elke eerste zondag van de maand speciaal voor peuters en kleuters worden gehouden. De kinderen vieren de bijeenkomsten samen met hun broertjes, zusjes, ouders en grootouders. Gerion: “Juist de interactie is erg leuk en leerzaam. We zitten ook niet in kerkbanken maar vormen een cirkel achter het altaar.” De vieringen blijken een schot in de roos. Elke eerste zondag van de maand trekken ze zo´n dertig kinderen naar de kerk. Brug tussen doop en communie Gerion was een van de mensen die aan de wieg stonden van de Regenboogvieringen. Zij is zelf moeder van drie kinderen en is vier jaar geleden vanuit Megen naar Heeswijk-Dinther verhuisd. “Onze jongste, nu vier, hebben we in Dinther laten dopen. Ik heb me toen aangesloten bij de doopwerkgroep die pastoor Joost Jansen in het leven had geroepen. Vanuit die werkgroep is twee jaar geleden weer een nieuwe groep gevormd die de Regenboogvieringen in elkaar zet. Regenboog is de verbinding tussen hemel en aarde, vandaar deze naam.” Naast Gerion waren ook Ingrid van den Boom en pastoraal werkster Manon van den Broek bij de oprichting van de nieuwe groep betrokken. Daarna hebben ook Astrid van der Geld, Angélique Dortmans en Inge Kuypers zich aangesloten. De Regenboogvieringen zijn volgens Gerion bedoeld om een brug te slaan tussen doop en communie. “Peuters en kleuters kunnen nog niet lezen, dus moet je ze op een andere manier aanspreken.” Pom ti Dom Naast gezamenlijk gezongen liedjes wordt er steevast een verhaaltje verteld. Wie denkt dat er alleen maar teksten uit de kinderbijbel worden gebruikt, komt bedrogen uit. “We gebruiken verschillende prentenboeken, die over van alles gaan. Zo hebben we met Sinterklaas een verhaaltje van Kim van Kooten verteld, Pom ti Dom. Waarbij de moraal van het verhaal was dat iets weggeven eigenlijk leuker is dan iets ontvangen.” Tijdens de doe-activiteit wordt onder meer geknutseld. “We hebben een keer halve hartjes gemaakt in verschillende kleuren. Toen die klaar waren, zijn de kinderen op zoek gegaan naar de andere helft. Zo leren ze te delen met elkaar. En met Allerzielen hebben ze papieren engeltjes vervaardigd. Buiten zijn die vervolgens met een heliumballon opgelaten, alsof ze naar een dierbaar overleden familielid vlogen. Zo hebben we geprobeerd het thema van Allerzielen duidelijk te maken.” Elke eerste zondag De Regenboogvieringen, die altijd een half uur duren, worden elke eerste zondag van de maand gehouden, vanaf 11.30 uur, afwisselend in de kerken van Heeswijk en Dinther. De vieringen worden gevolgd door een kopje koffie in het parochiehuis of cultureel centrum. “We staan elke keer stil bij een bepaald thema, waarbij we de kerkelijke kalender volgen. Zo besteden we aandacht aan de Goede Week en Kerst of speciale thema´s zoals Sinterklaas. De komende editie in maart in de Dintherse kerk staan we stil bij de lente.” Kinderen steken veel op van de vieringen, stelt Angélique Dortmans uit Heeswijk, die zelf twee kinderen heeft en sinds vorig jaar betrokken is bij de werkgroep. “Door de vieringen kun je kinderen op een speelse manier meegeven dat er meer is tussen hemel en aarde.” Gerion vult aan: “De Regenboogvieringen maken indruk bij de kinderen. Ze onthouden details en nemen die mee in hun leven. Ze pakken bijvoorbeeld zelf de microfoon om te zingen en maken zelf muziek. De regenboogvieringen geven peuters een warm welkom in de kerk.” Ze zijn vaste prik geworden in de parochies van Heeswijk en Dinther, de Regenboogvieringen, speciaal voor peuters en kleuters. “Het doel? Kinderen op een speelse manier kennis en vaardigheden bijbrengen over leven en geloof.” Tekst: Tom Vos Aandacht voor een spannend verhaal “Peuters en kleuters blijven niet stil in de kerkbanken zitten”

Ingezonden Naam en faam door Harrie Droesen Altijd als ik boven de rivieren ben en men vraagt waar ik vandaan kom, dan stamel ik met wat moeite onze dorpsnaam. “Heeswijk-Dinther” zijn een hoop dure lettergrepen voor zo’n klein dorp. De dubbele naam klinkt bijna alsof het noblessepretenties heeft. Ik krijg zelfs wel eens reacties als: “Is dat zo klein dat ze twee dorpen nodig hadden om het legaal op de kaart te kunnen zetten?” Ik moet dan maar een beetje lachen als een Dintherse boer met kiespijn. Toch zeg ik niet dat ik uit Bernheze kom. Bernheze is net zoiets als Almere. Het bestaat wel, maar er komt niet echt iemand vandaan. Ons Hannie vertelde mij dat onze burgemeester wil fuseren met andere gemeenten. Ik juich dat toe. Om de doodeenvoudige reden dat ik verandering een goede zaak vind. De wereld wordt steeds kleiner en dorpen, steden en landen steeds groter. Dat geldt ook voor HaDee. Ons dorp ondergaat de laatste jaren een uitbreiding aan de Noordkant: de Heilaren. Dit is een wijk van behoorlijke omvang aan het worden. Er wonen veel mensen en er is een eigen buurtvereniging. Er zit een aparte school en een dokterspraktijk. Genoeg redenen om onze dorpsnaam te veranderen. “Heeswijk-Dinther-Heilaren” stel ik voor. Natuurlijk gaan we hiervoor niet langs de deur, maar komt er gewoon een website waar u een digitale handtekening kunt zetten voor dit formidabele idee. Heemkundekring De Wojstap beschikte al jaren over een website. Maar die was heel onderhoudsonvriendelijk, werd niet bijgehouden of aangevuld, bevatte weinig gegevens en werd daarom ook (zelfs door de leden) slechts zeer spaarzaam bezocht. Enige tijd geleden besloot het bestuur een nieuwe werkgroep op te richten binnen de vereniging, die zou kunnen zorgen voor een mooie, interactieve en bruisende website. Daarmee kon De Wojstap zichzelf manifesteren en op 11 december presenteerden de gebroeders Mies (voor de techniek) en Bart (voor de inhoud) van Schijndel tijdens een feestelijke bijeenkomst de nieuwe site, www.dewojstap.nl . Behalve alles over de Heemkundekring De Wojstap zelf kun je er ook allerlei interessante wederwaardigheden uit de geschiedenis van Heeswijk, Dinther en Loosbroek vinden: artikelen over historische onderwerpen, foto’s uit het verleden, historische bronnen, interessante links en bovendien worden vragen van leden en nietleden beantwoord over onderwerpen uit de geschiedenis van HaDee en Loosbroek. Spreuk van de maand Wie eenmaal in Heeswijk binnen is, wil Dinther niet meer uit Heb je iets leuks te melden of wil je je mening kwijt over een van onze artikelen. Schrijf een brief of mail dan naar de HaDeejer... 17 | februari 2009 Gerard van der Doelen Tennisser bij De Balledonk en al 30 jaar zaalvoetballer bij z.v.v. El Moto. Motorliefhebber en gezelligheidsmens. HaDeekupke Foto: Marlies Dortmans Mutare in beweging Op 10 maart a.s. vertrekt Hein van Nuland uit Dinther samen met drie studiegenoten van de Fontys Sporthogeschool te Tilburg voor een sponsorfietstocht van 3000 km. naar Gibraltar. Een grote uitdaging. Zij zullen ongeveer een maand onderweg zijn. Het doel van deze tocht is zoveel mogelijk geld en materialen inzamelen voor een goed doel in Zimbabwe. Een fitnessschool voor de lokale “armere” bevolking. Schenkingen kan men overmaken naar de Rabobank rek.nr. 14.39.41.755. Geschiedenis van HaDee nu ook op internet Info: hein@mutareinbeweging.nl

18 | februari 2009 Heeswijk-Dinthernaar Jeroen Cornelissen (36) is nog jong, maar heeft nu al de top van de academische wereld bereikt. Sinds deze maand is de geboren Veghelaar hoogleraar in de chemie aan de Technische Universiteit Twente. Ooit begon hij ‘gewoon’ op de Franciscusmavo in Veghel. “Heeswijk-Dinther trekt chemici aan.” Het bedrijven van topwetenschap is te vergelijken met het beoefenen van topsport. Daar moet je dus wel dingen voor laten. Voor de in 2001 cum laude gepromoveerde Heeswijk-Dinthernaar Jeroen Cornelissen (36), kersvers hoogleraar Biomolecular Nanotechnology aan de faculteit Toegepaste Natuurwetenschappen van de Technische Universiteit Twente in Enschede, betekent dat onder meer dat hij zijn voorzitterschap neerlegt van zwemvereniging Gorgo. “Maar ik blijf wel actief binnen de club.” Ook zijn muzikale hobby, hij speelt zowel bastuba als basgitaar, staat op een laag pitje. “Je moet keuzes maken als je ergens voor wilt gaan.” Scheikunde, een machtig vak De in het ziekenhuis in Veghel geboren Cornelissen, getogen in Loosbroek, was al van jongs af aan gefascineerd door natuurkunde en scheikunde, vertelt hij aan de keukentafel in de Dintherse Torenstraat: “Dit is een mooie straat met veel levendigheid. Ik woon liever aan zo´n doorgaande weg dan in een woonwijk.” Zijn belangstelling voor chemie werd ooit gewekt door een boek waar zijn oog op viel, in de bibliotheekbus die door Loosbroek reed. “In dat boek stonden allerlei proefjes en andere zaken beschreven. Onder meer de werking van een batterij, waarbij een chemische reactie voor een stroompje zorgt. Met de kennis die ik uit het boekje opdeed, ging ik zelf aan de slag. Ik zocht in de schuur bij mijn ouders en oom, die naast elkaar wonen, naar materiaal om mee te experimenteren. Met een stroompje uit een batterij wekte ik bijvoorbeeld een chemische reactie van belletjes in een plastic melkfles op die ik vervolgens aanstak en zo liet knallen.” Een machtig vak, scheikunde, vindt Cornelissen. “Neem nou de suiker die in je kopje koffie doet. Die suiker wordt in je lichaam afgebroken, omgezet in energie, uitgeplast. Alles gebeurt op de juiste momenten en juiste plaatsen. De natuur is perfect.” Als wetenschapper wil hij dergelijke processen, voor zover dat mogelijk is, ontrafelen c.q nabootsen. Een snelle student Je zou verwachten dat iemand die al op zijn 36ste zo´n hoge functie in de wetenschap bekleedt, minstens op gymnasium Bernrode heeft gezeten. Maar nee. Na de lagere school ging Cornelissen ´gewoon´ naar de Franciscusmavo in Veghel. Hij presteerde daar goed en ging daarna MTS procestechniek in Eindhoven doen. “Ik had ook naar de middelbare laboratoriumschool kunnen gaan, maar ik wilde toch graag naar een school waar je met grotere, industriële apparaten kon werken.” In Eindhoven ontluikten het talent en vernuft van Jeroen Cornelissen onmiskenbaar. Hij bloeide op en was zo goed dat hij al binnen drie jaar zijn diploma behaalde, een jaar eerder dan de tijd die er voor stond. In 1990 begon hij vervolgens aan de hbo-studie milieukunde, een combinatie van HAS en HTS, die alleen in Groningen werd gegeven en die direct onder verantwoordelijkheid van het ministerie van landbouw viel. Reeds in die tijd wilde de milieubewuste Loosbroekenaar meedenken en leren hoe je vervuilende, industriële processen schoner kon maken. “Milieukunde was een opleiding met zeer uiteenlopende onderdelen. Je leerde er zowel koeien melken als beleid ontwikkelen. Dat melken kon ik al want dat kan iedereen die uit Loosbroek komt”, lacht hij. Speciaal bloemetje Zijn ongebreidelde nieuwsgierigheid werd niet beteugeld op het hbo. “Men adviseerde mij na de propedeuse door te gaan op de universiteit. Toen ben ik in Nijmegen chemie gaan studeren. Een studie die op mijn lijf geschreven was.” Die opleiding verliep ook zeer voortvarend. Jeroen Cornelissen Tekst: Tom Vos Foto’s: Kirsten van der Heijden Jeroen Cornelissen sinds kort hoogleraar in Twente Topwetenschapper blijft Heeswijk- Dinther trouw HaDeeinterview “Alles gebeurt op de juiste momenten en juiste plaatsen De natuur is perfect” Jeroen Cornelissen

19 | februari 2009 kwam er helemaal tot zijn recht. Hij kreeg zelfs een speciaal bloemetje van de universiteit, omdat hij de eerste was die de studie binnen vier jaar tijd wist af te ronden. Tijdens de onderzoeksperiode van zijn studie, waarbij hij onderzoek deed naar de structuur van moleculen en de opbouw daarvan, kreeg hij de smaak dusdanig te pakken dat hij besloot zich aan een promotieonderzoek te wagen. Een gouden greep, want deze studie wist hij cum laude af te ronden. En nog mooier: de opmerkelijke onderzoeksresultaten van de kersverse chemiedoctor leverden twee publicaties op in het gezaghebbende wetenschappelijke tijdschrift Science, waarmee zijn naam internationaal gevestigd was. Hoogleraar in Twente Het buitenlandse avontuur lonkte en hij vertrok naar de VS. “Tussen 2001 en 2002 werkte ik in San Jose bij San Francisco op de onderzoeksafdeling van computerbedrijf IBM, waar ik onderzoek deed naar chips. De kunst is uiteraard deze kleine onderdelen nog kleiner en sneller te maken. De koperen geleiders in chips mogen elkaar echter niet beïnvloeden. Met sillicaten, luchtige vormen van zand, maakten wij isolatiemateriaal tussen die geleiders.” Samen met zijn gezin twijfelde hij even of hij voorgoed in de VS zou blijven, maar het werd toch een wederkeer naar Nederland. Op vertrouwd nest, de Nijmeegse universiteit, kon hij weer aan de slag. Daar maakte Cornelissen wederom furore want in 2007 kende de Europese wetenschapsorganisatie ESF de Nederlandse chemische onderzoeker de European Young Investigators (EURYI) Award toe voor zijn onderzoek ´Virusbollen als nanoreactorvaten´, een studie over de werking van cellen. Een onderzoek dat nieuwe inzichten over medicijnen kan geven. Aan de prijs was een subsidie van 1,2 miljoen euro verbonden waarmee Cornelissen met een onderzoeksgroep verder kan werken aan zijn onderzoek. Een en ander heeft geresulteerd in zijn recente benoeming tot hoogleraar Biomolecular Nanotechnology aan de faculteit Technische Natuurwetenschappen in Twente. Trouw aan HaDee Sinds 2003 woont hij met zijn gezin in Heeswijk-Dinther. Ondanks de lange afstand naar Enschede blijft hij het dorp, waar hij zich thuis voelt, trouw. “Heeswijk-Dinther schijnt op een of andere manier gepromoveerde chemici aan te trekken. Ik ken er minstens vier die hier wonen”, lacht hij. Hoe zijn toekomst eruit ziet? “Daar ben ik niet zo mee bezig. Maar ik ben wel ambitieus”, geeft hij toe. De ultieme prijs is uiteraard de Nobelprijs… Jeroen Cornelissen grinnikt: “Die is maar voor een enkeling weggelegd”, beseft hij. Feiten en CV van Jeroen Cornelissen - Jeroen Cornelissen studeerde scheikun de aan de Radboud Universiteit Nijmegen. In 2001 p romoveerde hij cum laude op zijn onderzoek naar zo geheten chirale macromoleculaire systemen. - Na een verblijf van ruim een jaar aa n het IBM Almaden Research Center in de Verenigde Staten was hij vanaf 2002 verbonden aan het Institut e for Molecules and Materials van de Radboud Univer siteit in Nijmegen waar hij onder meer als assistent professor werkte. Zijn onderzoek is onder andere be loond met een Veni-beurs, een Vidi-beurs, de Beijerin ck Premie voor Virologie en een prestigieuze European Young Investigators Award. - Cornelissen is per 1 februari 2009 ben oemd tot hoogleraar Biomolecular Nanotechnology a an de faculteit Technische Natuurwetenschappen in Twente. Het gaat om een zogeheten 3TU leerstoel binnen het onderzoe- kinstituut MESA+. 3TU is een samenwerkingsverband tussen de TU Delft, TU Eindhoven en de Universiteit Twente. - De nieuwe leerstoel van Cornelissen s pitst zich toe op de analyse, herkenning, manipulatie e n reparatie van biologische materialen, zoals DNA, eiwitte n en cellen. - Deze inzichten zijn onder meer van be lang voor nieuwe medicijnen, door een beter begrip van h et mechanisme waarmee medicijnen ingrijpen op cellen. (Bron: Universiteit Twente) Eiwit onder microscoop en model

21 | februari 2009 Duiken een fascinerende sport! Gloria Maris Rob en Jaap kennen elkaar van de scouting in Heeswijk, maar toen deze ophield te bestaan, werd er naar een andere sport gezocht en kwamen ze via via bij het duiken terecht. Jaap, geboren in Heeswijk, is directeur/ mede-eigenaar van een bouw- en onderhoudsbedrijf en woont sinds een paar jaar met zijn vrouw en twee zoontjes in Dinther. Rob, geboren in Eijsden ( Limburg), woont sinds 1992 samen met zijn vrouw en twee dochters in Heeswijk, Rob is bedrijfs- adviseur in de varkenshouderij. Beiden zijn lid van duikclub Gloria Maris uit Den Bosch en sinds een paar jaar is Rob de voorzitter en Jaap de penningmeester. Ook is er bij Jaap een materiaalopslagplaats van de duikuitrustingen en flessen. Volgens Jaap is duiken een leuke teamsport, je kunt het ook individueel doen, maar vanwege bepaalde gevaren moet je wel minimaal met tweeën zijn. Rob: “We wilden allebei een sport die niet zoveel tijd kostte, maar dat is inmiddels achterhaald.” Het is net de hond uitlaten Ze trainen elke maandagavond in het Sportion, een soort conditietraining. “Dan ga je in het zomerseizoen om de twee weken met de club een duik maken en spreek je tussendoor met andere leden af om bijvoorbeeld even naar Zeeland te rijden voor een duik in het Grevelingemeer of in de Noordzee. Zo’n duik duurt meestal drie kwartier tot een uur, het is heel intensief: je ademt door een automaat en bent continu aan het zwemmen. Verder ben je heel geconcentreerd bezig, want in Nederland heb je vaak slecht zicht; dus moet je alles op kompas doen. Ook is na die tijd je lucht een heel eind op. Je duikt dus altijd met je buddy waar je ook met een lijn aan vast zit, maar volgens Jaap heb je daar geen last van, je voelt de lijn pas als de ander iets wil meedelen en aan de lijn trekt. “Het is net de hond uitlaten,” aldus Rob. “Als je in Spanje of Zuid-Frankrijk duikt waar je veel beter zicht hebt, dan heb je geen buddylijn nodig want dan zie je elkaar op wel 5 meter afstand.” Duiken op wrakken Het mooie van duiken is volgens Jaap het in verenigingsverband uitoefenen van een sport, het duiken zelf natuurlijk en het leven oftewel de natuur onder water. Ook zijn er veel leden die eigen rubberbootjes hebben en veel op de Noordzee naar wrakken duiken. Rob duikt ook vaak op wrakken. “Je hebt dan een GPS met de coördinaten van het wrak. Dat ligt vaak tussen de tien en vijfendertig meter diep. De meeste wrakken worden vaak door duikers bezocht, maar bij de club hebben ze een keer een wrak zelf gevonden vol met kanonnen uit de 17de eeuw. Dit is later helemaal in kaart gebracht door de Nederlandse onderwaterarcheologie. Daar waren we toch wel trots op!” Jaap heeft gedoken in Mexico, Curaçao en Egypte waar je meer zicht en mooie kleuren en tropische vissen hebt, maar vindt duiken in Nederland toch ook wel heel leuk. Ook het nacht en ijsduiken is prachtig. Rob zijn mooiste ervaring is duiken op een wrak uit de tweede wereldoorlog in Bretagne: “Toen we beneden kwamen, stond boven op het wrak een kanon en het was net alsof daar gisteren die soldaat was afgestapt, zo zuiver en puur was het in al die jaren gebleven.” Ben je ook geïnteresseerd geraakt of wil je een keer een proefduik maken, dan kun je altijd contact opnemen met Rob van Schie 0413-293969 of kijk even op www.gloriamaris.nl Voor de afwisseling zocht ik maar eens naar een andere leuke en verrassende sport om onder de aandacht van ons Hadeejers te brengen. Nu denk je in eerste instantie met dit weer niet meteen aan duiken, maar daar denken de duikers zelf heel anders over. Zij duiken gewoon door en ze hebben zelfs afgelopen tijd aan ijsduiken gedaan. Tijd dus voor een interview met twee sportduikers, Jaap de Visser uit Dinther en Rob van Schie uit Heeswijk. Tekst: Michel van de Wetering Foto: Kirsten van der Heijden Duikers Rob van Schie en Jaap de Visser.

22 | februari 2009 Zonnepanelen Op hun dak liggen zonnepanelen, die per jaar ongeveer 650 KWh stroom produceren. Op het moment dat ze die stroom niet zelf gebruiken, wordt die stroom teruggeleverd naar de elektriciteitsleverancier. De investering voor die zonnepanelen was ongeveer € 4.500,--. Op het moment van aanschaf werd er € 1.500,-- subsidie verstrekt op deze investering door het Vlagheidefonds, een subsidiepot uit de regio. Bovendien is er ook nog een landelijke subsidie. Die behelst dat de overheid het verschil vergoedt tussen de prijs van een zelfopgewekte KWh en een KWh van bijvoorbeeld Essent over een periode van 15 jaar. Als je alles meetelt, is zo’n zelfopgewekte KWh een stuk duurder. Wat bespaart Joop Braamse op zijn stroomrekening? Op de zonnepanelen wordt 25 jaar garantie gegeven. We mogen dus uitgaan van een periode van minimaal 25 jaar productie. Een besparing van 25 x 650 KW x € 0,25 = € 4.062,--. Daarnaast is er nog de subsidie voor de hogere productiekosten. Die mag gesteld worden op ongeveer 15 x 650 x € 0.33 = € 3.217,- Zonneboiler De familie Braamse was 5 jaar geleden aan een nieuwe CV ketel toe. Ze besloten tot een HR-combi-ketel met een zonneboiler. Dat wil zeggen dat de zon water opwarmt via een collector op het dak. Dat warme water wordt via de CV-ketel naar de keuken en de badkamer gebracht. Omdat die ketel het water niet van 6 naar 70 graden hoeft te brengen, maar van bijvoorbeeld 30 (of meer) naar 70 graden, kost dat minder gas. Dat levert bij de Angelique van Empel (39) Ik vind het niet zo’n goed plan. Er is weinig samenhang tussen de dorpen, als de gemeente nog groter wordt, dan is die nog moeilijker te bereiken. Als het echt zo is dat Berheze bedreigd wordt, dan zie ik meer in het samengaan met de dorpen als Berlicum. Dan heb je een natuurlijke begrenzing. Ik vind het wel belangrijk dat het bestuurbaar blijft. Jo van Padua (71) Het lijkt me wel een goed plan, ik zie er best wel wat in. Hoe meer eenheid hoe beter het is. Heeswijk is een mooi groen dorp en het zou jammer zijn als al dat groen gaat verdwijnen. Als je fietst en je ziet al dat groen dan zou het toch heel jammer zij als dat weg gaat. Mensen van buitenaf zijn vaak jaloers op ons groen. Gerard Snelders (65) Dat is een heel goed plan! Dat moeten ze doen, dan worden ze tenminste groter. Hoe groter je wordt, hoe meer je kunt. Het dorpsgebeuren kan je toch mooi bij elkaar houden, nu is toch ook iedere kern mooi zichzelf gebleven. Als andere gemeentes als Den Bosch of Oss ons inlijven dan bouwen ze hier alles vol. Dorpspraat vanaf de markt: In de afgelopen maanden zijn er in de HaDeejer artikelen verschenen over duurzaamheid. De energieneutrale bouw van het nieuwe bedrijfspand van Search in Heeswijk en de Biogasinstallatie in Dinther, waar elektriciteit wordt geproduceerd, waren enkele grote voorbeelden. In dit artikel willen we kijken of de “gewone” burger ook aan deze ontwikkelingen kan meedoen en of hij ook kan profiteren van de nieuwste technologie. En klopt de veelgehoorde stelling: “Ja, er kan wel veel, maar het is nog te duur.” We waren te gast bij Joop Braamse en zijn vrouw Anita. In de Abt van de Venstraat nummer 40 wonen ze met hun twee kinderen al bijna 20 jaar. De hele familie is zich duidelijk bewust van het feit dat we de goede dingen van deze aarde niet moeten verspillen. En dat besef beperkt zich bij deze familie niet alleen tot een lidmaatschap van Greenpeace, maar ze proberen hun ideeën ook elke dag in de praktijk te brengen. Hoe doen ze dat? Tekst: Anita Jacobs Foto’s: Piet van Zutphen Tekst: Bart van Schijndel Foto’s: Piet van Zutphen Ook de burger kan zijn bijdrage leveren Duurzaam, een particulier voorbeeld

23 | februari 2009 familie Braamse een besparing op van ongeveer 15% op de gasrekening. Dit is samen met de besparing van HR ketel. Bovendien heeft Joop zelf een handig apparaatje ontwikkeld en aangesloten aan de wasmachine, waardoor het warme water van de zonneboiler bij het begin van een wasprogramma rechtstreeks naar de wasmachine wordt geleid, zodat het water daar niet hoeft te worden opgewarmd. Daarna wordt het warme water afgesloten, zodat er met koud water gespoeld kan worden. Dat bespaart dan weer op elektriciteit. Zo bezuinigt de boiler zowel op gas als op stroom. Nog andere maatregelen In de badkamer is een spaardouche geïnstalleerd, dat is een douchekop waar aanzienlijk minder water doorheen gaat, terwijl het toch voelt als een gewone douche. Ze hebben dat ding al zo lang dat Joop er tijdens het gesprek helemaal niet aan gedacht had. De kosten zijn een paar tientjes. De besparing verdien je binnen een jaar terug. De andere kranen van het huis zijn voorzien van waterbesparende sproeistukjes. En ook daarbij geldt: je merkt geen verschil, maar het bespaart wel degelijk. Deze sproeistukjes zijn voor een paar euro bij elke loodgieter te koop. De verlichting in huis wordt helemaal door spaarlampen geregeld. De aanschafprijs ligt rond de € 5,-. Ze gaan meer dan 3 jaar mee en ze verdienen zich binnen een jaar terug. Je kunt ook op een groene manier met geld omgaan. De Braamsen zijn klant bij Triodosbank. Dat is een kleine bank, die het geld gebruikt voor bijvoorbeeld het financieren van windmolens, biologische landbouw en bedrijven die duurzaam werken. Ook op die manier lever je een bijdrage. Tevens hebben ze een Greencard. Dat is een VISA creditcard waarbij voor alle uitgaven die je doet, wordt gezorgd voor klimaatcompensatie. En tenslotte wordt hun energie geleverd door Greenchoice. Greenchoice levert alleen groene stroom. Ook hier wordt gezorgd voor klimaatcompensatie van de gebruikte stroom en gas. Het heeft zelfs een bosspaarplan, waar Joop en Anita overigens niet aan mee doen. Conclusie De familie Braamse is een goed voorbeeld hoe je als gezin een bijdrage kunt leveren aan duurzaam leven. Technisch kan er een heleboel, zoals zij dat bewijzen. Is het duurder? Sommige dingen vergen investeringen (panelen, boiler, spaarlampen), maar er zijn beloningen in de vorm van subsidies, er is een forse beloning in de vorm van besparingen en de grootste beloning is dat de wereld er voor onze kinderen en kleinkinderen beter uit zal zien. Op de korte termijn is het misschien iets duurder, op de lange termijn is het zeker goedkoper en op de heel lange termijn is het de enige oplossing om onze nazaten een betere erfenis achter te laten. Wim Hermans (83) Ik geloof er niks van dat Bernheze bedreigd wordt door Den Bosch. Ze moeten het laten zoals het is, maar daar hebben wij toch niets over te beslissen. Een kern beslist en de rest heeft niets te zeggen. Ze moeten veel meer begrip hebben voor iedereen, de ouderen vallen overal buiten. Manon van Aspert (29) Ik vind het wel belangrijk dat het hier in de buurt groen blijft. Ik heb zelf twee kinderen en ik vind het voor hen heel belangrijk dat er groen in de buurt is. Het is misschien wel moeilijk om allemaal een te worden, maar het groen is een groot pluspunt om het wel te doen, ik vind het wel een goed plan. Annemarie van den Boom (38) Ik kom zelf eigenlijk uit Geffen dus het lijkt mij wel gezellig! Als de gemeente er op vooruit gaat, dan vind ik het wel een strak plan en volgens mij kan het altijd wel beter. Met meerdere gemeentes sta je sterker tegenover Den Bosch en Veghel en zo. Samen sta je sterker dan alleen. Het zal er toch wel een keer van komen. “Ja, er kan wel veel, maar het is nog te duur” Moet Bernheze wel / niet samengaan met Landerd en Maasdonk om een groene regionale buffer te vormen? Joop Braamse

RkJQdWJsaXNoZXIy MjU2Mzc=