d'n Hadeejer augustus 2005

Susan v.d. Heijden (32) Volgens mij is het programma uitgebreid genoeg, ze hebben van alles wat. In het verleden ben ik er vaak geweest, maar sinds de komst van de kleine niet meer. Zelf vond ikdemuziekconcertenaltijdwel mooi. Ik heb jammergenoeg de voorstel- ling van de ‘Film van Ome Willem’ gemist. Ik hoorde achteraf dat het wel heel erg leuk was geweest. Corina v. Drunen (28) Ikkenhetprogrammaeigenlijkniet. Ikheb het wel ergens een keer gezien maar er niet echtopgelet. Ikwoonnogmaarpas in Heeswijk-Dinther en heb er nog geen tijd voor gehad.Maar sinds ikhierwoonheb ik er wel al veel over gehoord. Ik wil er wel een keer naartoe maar dat zal waarschijn- lijk wel pas volgend jaar worden wanneer we wat meer tijd hebben. Jan Coppens (46) Het programma-aanbod is voldoende. Maar de laatste keer dat ik inDe Kersouwe was is tochalweer twee jaar geleden.Toen ben ik naar de filmgeweest, prachtig zo in het bos, heel anders dan in een normale bioscoop. Met de kinderen ben ik ook wel eens inhet kleine theater geweest.Tegen- woordig heb ik weinig tijd en komt het er niet meer van, hoewel ik wel van theater hou. ramma-aanbodvanDeKersouwe? Hun wens werd ingewilligd en staande de gemeenteraadsvergadering van 23 december 1806 vond de overhandiging plaats van de Dintherse kerksleutel die vandedomineenaar depastoor ging. Aan de kerk hing echter wel een prijskaartje: zo’n 6.072 gulden, het taxatiebedrag van kerk met inboedel. Na het afstaan van hun kerk aan de katholieken, hielden de hervormden hun diensten een tijdlang in een klein lokaaltje in Dinther. Toen echter in 1821 de Heeswijkenaren hun St. Willibrordus- kerk terugkregen in ruil voor het afstaan van hun schuurkerk aan de Lariestraat, bouwden de protestanten daar hun eerste kerk. Omdat pastoor Versantvoort de schuurkerk in de Kerkstraat niet meer nodig had, liet hij deze in 1830 afbreken. Pieter Gelpke die burgemeester en no- taris was, kocht deze grond van hem en schonkdezeaandehervormdegemeente waarvan hij kerkvoogd was. Hij legde hiervoor in1831honderdvijftigguldenop tafel en daarop werd in 1843 de tweede hervormde kerk gebouwd. De pastorie aan de Kerkstraat bleef echter nog lange tijd in gebruik van de pastoor en de domi- needaarentegenvondnoglangonderdak in de pastorie van de St. Servatiuskerk. Voortteling In het katholieke Brabant liep het aantal hervormde gelovigen drastisch terug. Dit had meerdere oorzaken. In de eerste plaatsomdatbijhetbinnendringenvande Fransen in 1795 veel protestantse amb- tenarennaar gene zijde vandegrote rivie- ren vluchtten. Hun ambtelijke functies werden daardoor meer en meer vervuld door katholieke collega’s. De tweede oorzaak was dat het peil van de her- vormde schoolmeesters aan de lage kant was. Hun lesgeven was meer gebaseerd op het verkondigen van de ‘ware religie’, dan gestoeld op vakkennis en bekwaam- heid. Met als gevolg dat veel katholieke ouders hun kroost niet toever- trouw- den aan deze ‘geuzenmeesters’ waardoor menig school leegliep en hun functies werden ingevuld door katholieke onderwijzers. De in 1757 in Hilvarenbeek geboren dominee Van Heusden en onder meer werkzaamals dominee in Sint Oedenrode vond dat aan het wegtrekken van pro- testanten uit Brabant wat gedaan moest worden. Door zijn initiatief werd in 1822 een‘Protestantse Maatschappij ter bevor- dering van de welstand’ opgericht die de met armoede bedreigde protestanten in Brabant financieel moest ondersteunen omzodoende de kerkelijke terugloop een halt toe te roepen. Ook het aankopen van boerderijen viel hieronder. Degenen die hiervoor in aanmerking kwamen, moes- ten aan diverse voorwaarden voldoen: ze moesten eerlijk zijn en geschikt en gene- gen omalleen in de landbouw en eventu- ele andere bijverdiensten een behoorlijk bestaan op te bouwen. En tenslotte moesten zij ‘bekwaam zijn tot voortte- ling’. Dat laatste ongetwijfeld bedoeld om de kleine protestantse gemeenschappen voor uitsterven te behoeden. In de zomer van 1825 werd in Dinther begonnen met de uitvoering ervan waarbij in de buurt- schap Loosbroek, de huidige Dorpsstraat 71, een boerderij werd aangekocht. En het was Govert Buys die deze boeren- hoeve in 1826 mocht pachten. Bij zijn dood in 1848 bleek hij goed aan zijn verplichtingen voldaan te hebben, want hij liet maar liefst veertig kinderen en kleinkinderen na! Zo werden er door de Maatschappij meerdere boerderijen aangekocht, waarmee ook de families Van Kampen en Juyn verblijd werden. De hervormde gemeente die 18 protestan- ten telde in 1815, was in 1870 in aantal gestegen naar 54. Niet ondenkbeeldig dat de Maatschappij hierin een rol heeft Dominee Van Heusden, oprichter van de Maatschappij ter Bevordering van Wel- stand, voornamelijk onder landlieden. 21