d'n Hadeejer december 2005

18 Sjannie Spierings (63) Dat vind ik een slecht plan. Tegenwoordig wordt door de overheid overal maar nee tegen gezegd. Waarom moeten we dat allemaal aanvaarden? De saamhorigheid van vroeger verdwijnt. Misschien staat er binnenkort wel weer eens iemand op, die zaken aanpakt. Misschien wel iemand uit HaDee? Albana Smaci (36) Niet goed. Ik ben er wel een keer of vier vijf geweest. Als er familie van mij naar Nederland komt dan moet ik er steeds allerlei formulieren halen en deze invul- len. Als ik daar dan ben is het er ook altijd druk, waarom moet je het dan sluiten? Ik vind het altijd wel erg handig, dat het zo dichtbij is. André van Veghel (45) Daarben ikeentegenstander van. Jemoet over 21 drempels om in Heesch je spullen bij de gemeente te regelen. Je moet bijna een halve snipperdag regelen om het ge- meentehuistebezoeken.Enalszehettoch willensluitendankunnenzemisschieneen paarmaanden voor de vakanties het loket weer tijdelijk even openen. Vanuit de C1000 Watvindjevandevoorgenomen HetnatuurhistorischverledenvandeKilsdonksemolen In deze HaDeejer deel twee in onze serie over de Kilsdonkse molen waarin onder meer het water centraal staat. Op oude kaarten met daarop de molen van Kilsdonk ziet de Aa er uit als een bevallig meanderende rivier. De Aa is een regenrivier die door de zogenaamde Centrale Slenk stroomt. Deze rivier ontvangt hoofdzakelijk het water van de Peelhorst, een streek die in het verleden als uitgestrekt hoogveengebied te boek stond. De kwaliteit van het water van deze Peel- horst bleek echter ongunstig voor akker- bouwen hooilanden. Eeuwenlangwas de waterafvoervandeAaproblematisch,om- dat deze een groot gedeelte van het jaar lagewaterstandenkende,maaranderszins bijflinkeregenvalderivierbeddinghetwa- ter niet kon bergen. Hierdoor kon het ge- beurendat de rivier buitenzijnoevers trad en de laaggelegen hooilanden, ook wel ‘beemden’ genoemd, overstroomd raak- ten.Gedurendedewintermaandenwaren langdurige hoge waterstanden normaal. Tijdens de jaren 1822-1826 werd de Zuid- Willemsvaartaangelegd.Dithadtotgevolg dat er een grote hoeveelheid extra water naar de Aa werd gestuwd. Ook kreeg deze rivier steeds meer water te verstou- wenvanwegede snelleontginningvande Peelindetweedehelftvandenegentiende eeuw. Uit dit gebiedontspringendeAa en haar zijrivieren. Het water dat voorheen door het hoogveen geabsorbeerd werd, vocht zich een weg naar de Aa. Omdat deze een dergelijke watertoevloed niet kon verstouwen, raakte de rivier steeds vaker buiten haar oevers. Daarnaast kon het water van de Aa van- wege haar meanderend karakter en het hebbenvanveelondieptensowiesoalniet goed verwerkt worden. Al in de zestiende eeuw bleek dit een zorg voor de autori- teiten en voor het eerst probeerde men toen al om via het afsnijden van bochten en het verwijderen van ondiepten de Aa te ‘normaliseren’. Ook moest de rivier op een bepaalde breedte gebracht worden, dit alles vanwege het op peil houden van de scheepvaart op de Aa. De ambitieuze plannen werden echter maar ten dele ge- realiseerd. Men wilde de Aa reguleren en normalise- renomhetwater, dat inhet stroomgebied toevloeide,zosnelmogelijkviadeDiezebij ’s Hertogenboschnaar de rivier deMaas af te voeren. De hieraan gestelde eisen wa- ren echter rampzalig voor watermolens, zo ook voor de Kilsdonkse molen. Afbraak Ook de Kilsdonkse molen, die met de Aa verbondenwasdoormiddelvaneensmal- le aftakking, zorgde voor overstromin- gen en schade aan gewassen. En daarom mocht de watermolen alleen in de winter worden gebruikt. Door de extra toevloed van water naar deAamet de aanleg vande Zuid-Willems- vaart, werd er druk uitgeoefend op lokale bestuurders om aan de overstromingen een einde te maken. Dit mondde uit in hetgaandewegaankopenenafbrekenvan De Kilsdonkse Molen. Hierbij zijn de wieken bij- getekend. De tot op heden oudst bekende foto, omstreeks 1905 20

RkJQdWJsaXNoZXIy MjU2Mzc=