d'n Hadeejer december 2005

19 Monique Appelman (36) Dat vind ik niet zo’n goed plan. Het is voor de mensen heel vervelend als ze steeds voor alles naar Heesch toe moeten. Ik kom oorspronkelijk uit Heeswijk maar ik woon tegenwoordig inVeghel, dus ik heb nu gelukkig niets meer mee te maken. Peter v.d. Boom (38) Ik vind het een slecht plan. Ik ben toe- vallig vanmiddag nog op het servicepunt geweest. Toen dacht ik nog, voor zoiets moet ik in de toekomst misschien wel steeds helemaal naar Heesch. Je hebt er toch regelmatig mee te maken dat je er evenmoet zijn. Nee, ik vind het een slecht plan om het te sluiten. Dinie van Leur (57) Ikvindhet eenheleslechtezaak. Zekerook voor de ouderen. Er mag toch nogwel iets blijven in een dorp? Ik ben pas nog op het servicepunt geweest, hetwas er best druk. Ze waren met zijn tweeën druk bezig om de mensen te helpen Er is dus genoeg te doen. Als ze het sluiten kun je niet meer vlug even langs het gemeenteloket. MK luitingvanhetservicepuntvandegemeenteinHaDe vrijwel allemolens, behalve de Kilsdonkse molen. De gemeente Veghel die de Kils- donksemolen in 1882 verkocht, bepaalde hierbij wel dat de waterloop tussen de molens vanwegedewaterlozingbewaard moest blijven. Concurrentie De klachten over overstromingen namen toemet deveranderendeeconomische si- tuatie. In de negentiende eeuw kwam de akkerbouwopzetten. Vanwege de gunsti- ge prijzen voor akkerbouwgewassenwer- denopdevoorheengebruiktevruchtbare beemden akkerbouwgewassen geteeld. Maar deze waren veel gevoeliger voor hoge waterstanden dan hooigras, en wa- teropstuwende watermolens berokken- den hier alleen maar schade, vooral voor boeren met lager gelegen gronden. Voor hen reden om een klacht in te dienen. Verder was er nog de concurrentie van de windmolens. Na 1795, toen Nederland onder het bewind van de Fransen kwam, moesten bestaande watermolens, door- gaans het bezit van de plaatselijke grond- heer, concurreren met windmolens. Deze werden met vergunning van de overheid door particulieren opgericht. De wind- molens waren in het algemeen meer be- trouwbaar en trokken ookmeer klandizie. Toen echter demaaltechniek, gebruikma- kend van stoom als energiebron, haar in- trededeed, hadden zowel dewater- als de windmolens het nakijken. Niet alles is verdwenen… Eenbelangrijkdeelvandebijzondereflora, die het stroomdal van de Aa kleur gaf, ver- dween met de verandering van de water- kwaliteit en de snellere waterafvoer. Maar nietallesisverdwenen,wantindevochtige graslanden en de broekbossen zijn er nog steeds bijzondere soorten te vinden, zo- als de bosbies en de eenbes. Ook komen er nog opvallende dagvlinders, amfibieën en vogels voor. Qua vorm mag het land- schap nog redelijk gaaf genoemdworden waarbij de overgang vande hooggelegen dekzandruggennaardelaaggelegenbeek nog duidelijk zichtbaar is. Karakteristiek zijn voorts de verspreide boscomplexen, vooral ten zuiden vanHeeswijk en ook ko- men er nog vochtige graslanden en oude meanders voor. Ook de vroegere molenkolk, ook wel ‘de wiel’ genoemd is nog steeds bij de molen aanwezigendoetnudienstalsvisvijver.En waar eens de Aa stroomde, markeert een rij knotwilgen deze plaats… Indevolgendeafleveringhetverhaalvandrie mannelijkeledenvandefamiliePottersover hun ervaring met de molen. RM Caart Figuratif van de Rivier de Aaa, 1803, van Brabantse landmeter en cartograaf Hendrik Verhees 21

RkJQdWJsaXNoZXIy MjU2Mzc=