d'n Hadeejer juni 2005
19 Geen angst voor haaien, wel voor onderzeeboten Tandarts Jan Slotemaker doet mee aan het WK zeezeilen Het WK vindt plaats van 1 t/m 7 juli ten noorden van Darwin (in noord Australië). Er wordt gevaren met een Tasar zeilboot. Het is een eenheidsklasse, want wereld- wijd zijn de 3500 boten precies hetzelfde: dwz. 4,5m lang, 1,40 breed, 60 cm. diep van romp tot dek en een totale zeilop- pervlakte van 13 m2. De polyester boot (eigen gewicht 66 kg) wordt door 2 perso- nen bevaren en hun gewicht moet samen minimaal 130 kilo zijn. Als je lichter bent, krijg je extra ballast. Er wordt gevaren in 3 klassen, waarbij degezamenlijke leeftijd bepalendis.Daarnaastwordtnoggekeken of de bemanning gemengd is, alleen uit vrouwen of alleen mannen bestaat. Gaat jullie eigen boot mee? “Het vervoer van zo’n boot is heel erg duur; dus onze eigen boot gaat niet mee. Wel onze zeilen, zwaard en roer en dan maarhopendathetdaaropeengehuurde boot past. Sommigenkomen welmet een eigen boot, o.a.Amerikanen, maar dat zijn dan ook zowat professionals. Wij zijn ech- te amateurs, oefenen wat op de Kralingse plas en doen aan fitness. Maar we doen echt niet voor spek en bonen mee!” Waarom ben je gaan zeilen? “In 1948 waren de Olympische Spelen in Brixton (Engeland). Mijn vader ging daar- heenmet een zelfgebouwde zeilboot. La- ter ben ik met hem de zee opgegaan. Het navigerenvond ikprachtig. In1960begon ikmet hetwedstrijdzeileneneen jaar later won ikdenationaletitel.Vervolgensheb ik veel gevaren indeScandinavische landen. Begin jarenzeventigwerddeze tweemans zwaardboot ontworpen, waarbij voorop- stond dat hij te zeilen was door vader en zoon of dochter, geen ingewikkeld tuig mocht hebben zoals een trapeze of spin- naker, maar wel sneller dan de gangbare types van die lengte.” Hoe verloopt zo’n race nu eigenlijk? “Er hebben al 128 boten ingeschreven voor Australië en uit vliegende start wor- denweallemaaltegelijkweggeschotenen dan maar proberen dat je bij de beste 30 bent als je de eerste boei gaat ronden. Je begrijpt wel dat het altijd een enorm ge- drang is. Iedereen wil het beste starten en daar zit nou juist de knoop. Als je te vroeg weg bent valt onverbiddelijk de zwarte vlag. Dat betekent inpakken en wegwe- zen, dan is het over en daar heb je niet een heeljaarvoorgetraind.Afhankelijkvanhet weer worden er dagelijks 3 races gevaren. Eén dag hebben we vrij en ik hoop dan iets van het oorspronkelijk gebied van de Aboriginals tekunnenzien. Zoheb ik in Ja- paneenwijdingmogenmeemaken ineen boeddhistische tempel, wat zeer indruk- wekkend was.” Hoe zit het nou met die haaien? “We varen weliswaar op zee, maar blij- ven in de kustwateren. Haaien heb ik nog nooit gezien, maar je zal niet geloven dat we bijna eens zijn overvaren door een on- derzeeboot die onverwachts naar boven kwam. Ik kan je wel zeggen dat het een enorme consternatie in het deelnemers- veld veroorzaakte. In Engeland moesten we eens een keer met windkracht 8 de zee op, maar dat had niets meer met zei- len te maken. Het was meer overleven en hopen op geen schade. Vlak na de start sloegen we al om. Maar konden gelukkig zonder al te veel schade weer terugkeren. We zijn toen gaan helpen met het redden van zoveel mogelijk andere bootjes.” JvdM ’s Morgens om half negen een inter- view afnemen is een ongebruikelijk tijdstip. Maar tegenover mij zit een man die zó gedreven over zijn sport vertelt, dat je binnen de kortste ke- ren klaarwakker bent. Als je dit leest, is de 61-jarige Jan Slotemaker met zijn zeilmaat Tijn Udo naar Australië vertrokken om deel te nemen aan de wereldkampioenschappen zeezeilen. Jan Slotemaker bij een foto waarop hij met zijn maat te zien is in hun zeilboot.
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy MjU2Mzc=