d'n Hadeejer september 2005

Hoe ben je op het idee gekomen naar Japan te gaan? “Het leek me wel gaaf om naar de andere kant vandewereld tegaanendaaromheb ikme aangemeldbijYouth For Understan- ding (YFO), de organisatie die de beurs zou verstrekken. Er kwamen honderd aanmeldingenbinnenenwemoesteneen stevig dossier invullen. Daaruit werden er 20 geselecteerd. Toen moest ik voor een gesprek naar de Japanse ambassade en in het Engels vertellen waarom ik zo graag wilde gaan en wat ik allemaal van Japan wist. Daarna volgden spannende dagen en kregen uiteindelijk tien personen een vliegticket.” Hoe was je ontmoeting met je gast- gezin? “Ik stond daar en voelde me net koop- waar, alsof je op een veiling was en stond te wachten tot ze zouden gaan bieden! Maar de ontvangst was heel hartelijk. Zij wonenineenvrijstaandhuisineenbuiten- wijk van Chiba. Als je binnenkomt doe je meteen je schoenenuit. Indezithoek staat een bank. De rest zit gewoon op de grond. Ik sliep op een ‘futon’ (een dun matras op de grond).” Veel rijst gegeten zeker? “Mijn moeder kon lekker koken en heeft bestveelrekeningmetmegehouden.Maar natuurlijk, rijst was er zowat elke dag met sojasaus (dat was minder lekker) en vlees (ikbengeenvisliefhebber). Jeeetdaarniet van een bord, maar met stokjes uit schaal- tjes. Je had schaaltjes met vlees, rijst, sa- lade, saus, enz. De eerste blunder had ik al snel gemaakt. De tweededagzat ik samen metmijn vader te eten en vroeg ik iets aan hem. Hij gaf antwoord maar was zeer ver- baasd dat ik tegen hem praatte. Kinderen praten in Japan niet tegen hun vader. Alle gesprekken lopen via de moeder.” Wat waren je activiteiten? “Ik ben onder meer zes dagen naar school gegaan,maar alleende lessenEngels, wis- kunde, gym en tekenen kon ik volgen. In de klas praten is niet toegestaan. Maar als je geen zin hebt om de les te volgen dan mag je wel slapen. Verder heb ik een aan- tal excursies gedaan. Heel bijzonder was het bijwonen van een Zen-medidatie. In eentempelgafeenmonnikuitlegentoen besloot ik om aan alles mee te doen. Dit was heel apart. Verder heb ik een bezoek gebracht aan de steden Kyoto, Hirosjima, Narita (oud Japans mu- seum) en Nara (oude hoofdstad van Japan). Tijdens het reizen is me opgevallen dat rechts voorrang in het verkeer onbekend is. Dat is niet ergwant opelkkruispunt staan stoplichten. De Japanner is super gedisciplineerd en heel beleefd.” Wat is je het meest bijgebleven? “De tweede dag dacht ik: wat doe ik in he- melsnaam hier? Maar dan zijn de mensen zo vriendelijk; doen zo hun best om jou op je gemak te stellen. Dat ervaar je ook weer op school, hoewel de conversatie niet gemakkelijk was. De vriendelijkheid en discipline is me erg opgevallen. Ik ben eenbeetjeeenJapansegewordenendaar- om wil ik graag nog een keertje terug.” JvdM 25 “Ik ben een beetje een Japanse geworden” Irene van Zutphen werd door regering uitgenodigd voor verblijf van vijf weken in Japan Omdat haar overgrootvader in een jappenkamp heeft gezeten werd de 16-jarige Irene van Zutphen uit Dinther door de Japanse regering uitgeno- digd voor een verblijf van vijf weken bij een gastgezin in Japan. Na een wat moeilijke start, beviel deze tijd haar zo goed dat ze dolgraag nog eens terug wil, maar dan voor een jaar. “Ik ben een beetje een Japanse geworden.” WimvanEerd (51) bezorgtmaandelijks eendikke tweehonderdexemplarennamens buurt- vereniging’tGroeiendbuurtje.Hijismetzijnbezorgrondebijnatweeuurbezig.Maardaarhoorje Wimniet over. Hij doet het danook graagen zoals hij zelf zegt:‘goed voor de sociale contacten’. Inmiddelskenthijzijnroute,enweethijwelkeobstakels,inmenigtuintje,hijmoet‘overwinnen’om bijdebrievenbustekomen.Ookweethijdathijopdiverseplaatsenwordtopgewacht,alshijaan het bezorgen is. Bijvoorbeeld bij de aanleunwoningen bij Ter Weer. Bezorger in beeld

RkJQdWJsaXNoZXIy MjU2Mzc=