9 Het gilde: ’Met vliegend vendel en slaande trom’Um De geschiedenis van het gildenwezen in aanloop naar EST 2006 Op 25, 26 en 27 augustus 2006 vindt in Heeswijk-Dinther het Europees Schutters Treffen plaats (EST). Naar verwachting zullen ongeveer 10.000 gildenbroeders/zusters uit Europa deelnemen. De activiteiten worden gehouden op de weilanden langs de Gouverneursweg, met het Middeleeuws kasteel op de achtergrond. Voor de organisatie tekenen de vier Bernhezer gilden, die al ruim 4 jaar bezig zijn met de voorbereidingen. In aanloop naar dit evenement zal d’n HaDeejer maandelijks haar licht laten schijnen over het EST 2006. In deze editie deel II over de historie van het gildenwezen. Gilden zijn tot op grote hoogte autonoom. Elk gilde heeft zijn eigen tradities en benamingen. Zo heet het bestuur vaak de overheid, waar de voorzitter (hoofdman) samen met de deken-secretaris en deken-penningmeester het dagelijks bestuur vormt. Het bestuur wordt verder aangevuld met dekens. In sommige gilden is de vaandeldrager automatisch lid van de overheid. In elk geval zit de koning in de overheid. De koning is de belangrijkste vertegenwoordiger van zijn gilde. Hij mag de koningsmantel dragen: de zilveren schilden die door de opeenvolgende koningen in het verleden aan het gilde zijn geschonken ter herinnering aan hun koningsschap. Op die schilden hebben zij hun naam en andere gegevens laten zetten. Bijvoorbeeld een afbeelding die verwijst naar hun beroep, hobby of familietraditie. De oudste koningsschilden dateren uit de 16de eeuw. De koning draagt ook de vaak zeer oude koningsvogel of papegaai, het symbool van zijn koningsschap. Kleurrijk Vooral na 1960 zijn gilden ertoe overgegaan min of meer historische uniformen aan te schaffen. Het zijn kleurige uniformen, die in het algemeen het feestelijk karakter van een gilde-samenzijn verhogen. Vanouds droegen de gildenbroeders slechts een sjerp en/of een herkenningsteken op hun beste pak. Veel gilden gaan ook nu nog in kostuum of jacquet, voorzien van een draagsjerp. Bij het uittreden openbaart zich de verscheidenheid tussen de gilden pas echt. Er zijn gilden met slechts één tamboer, maar wel een heel belangrijke: de man met de soms heel oude gildentrom, die het gilde vooropgaat. Andere gilden kennen een korps van tamboers, steeds vaker gevolgd door een korps bazuinblazers. Vendeliers voeren met hun vendel een kleurig en acrobatisch bewegingsspel op, dat vanouds symbolisch is voor de strijd van goed tegen kwaad. Behalve in het traditionele ‘vendelgebed’ hebben veel vendeliers zich bekwaamd in acrobatische hoogstandjes. Traditioneel gevendeld wordt er bij een hulde of groet aan een voor het gilde belangrijk persoon of een eigen gildenbroeder die iets te vieren heeft. Of als afscheidsgroet bij een begrafenis, een belangrijke verplichting die bij alle gilden nog hoog in ere wordt gehouden. Sommige gilden beelden hun patroonheilige in levenden lijve uit tijdens een optocht: bijvoorbeeld St. Barbara met een kroon op haar hoofd en een toren in haar ene en een zwaard in haar andere hand. Koning De gilden mogen dan qua beleving en activiteiten door het jaar heen nog zo verschillen, elk gilde viert de feestdag van de schutterspatroon. De viering begint in elk geval met een mis. “Met vliegend vendel en slaande trom” wordt de kerk betreden. Geofferd wordt er als vanouds op de trom. Een ander hoogtepunt voor het gilde is het koningschieten, de feestelijke dag waarop bekend zal worden wie de nieuwe koning voor het komend jaar zal zijn (of voor meerdere jaren). Een dag met eigen tradities en gebruiken, met uiteenlopende bestanddelen, maar bij elk gilde met dezelfde climax: het moment waarop het laatste stukje van de vogel dreigt te gaan vallen. De nieuwe koning vallen de nodige ceremoniën en eer te beurt en vanzelfsprekend wordt het glas geheven op zijn koningsschap. Sommige gilden hebben een keizer: een koning die zich drie keer achtereen tot koning heeft geschoten. Hij krijgt van het gilde een speciaal draagteken. Maar op de dag zelf moet er na zijn laatste schot nog wel weer om een nieuwe koning worden geschoten, want een gilde kan niet zonder koning. JvdM ‘Geofferd wordt er als vanouds op de trom’
RkJQdWJsaXNoZXIy MjU2Mzc=