d'n Hadeejer maart 2006

19 van nu zijn toch een heel ander soort volk. Het is religieus en traditioneel gevoelig en veelal gegroepeerd in allerlei verenigingen. Er wordt veel aan armenzorg gedaan en de mensen zijn over het algemeen gemoedelijk en vrolijk. Brazilië is onmetelijk groot en is qua inwonertal gegroeid naar ongeveer 170 miljoen mensen. Waar heeft u gewerkt en hoe? “In Belem (Noord-Brazilië) hadden de Kruisheren een vestiging en vandaar uit bedienden we verschillende parochies. In één van die parochies werd ik pastoor. Toen wij daar kwamen, waren er al bisdommen en wij hielpen de bisschop vanwege het geringe aantal priesters. Daarom was het daar ook geen gewoonte om elke zondag naar de kerk te gaan. Als er geen priester was, werd er een gebedsdienst gehouden. Ik heb daar drie jaar gewerkt, waarvan twee jaar in het binnenland. In 1950 zakte ik af naar het zuiden en kwam terecht in Belo Horizonte. Toen een stad van 300.000 inwoners, nu inmiddels 3 miljoen. Ook daar heb ik ongeveer drie jaar parochiewerk gedaan in een parochie waar de kerk nog in aanbouw was. In 1953 ben ik naar Campo Belo vertrokken en heb ook daar een parochie overgenomen en een gymnasium. Vervolgens begon ik een klein seminarie en werd er directeur tot 1961. Toen werd ik benoemd voor een andere functie. Tot 1968 reisde ik de gehele streek af om voor roepingen te gaan zorgen. Eerst met het openbaar vervoer en daarna in een Volkswagen Kever (daar heb ik 30 jaar in gereden). Ik bezocht alle lagere scholen en maakte propaganda voor het seminarie. Maar na het Concilie ging het ook daar allemaal anders en werden vooral vele kleine seminaries gesloten.” Bracht dat veel veranderingen met zich mee? “In zekere zin wel. Van 1969 tot 1979 heb ik weer in Belo Horizonte gewoond en daar parochiewerk gedaan in een arme wijk, ongeveer 10 km. buiten de stad. Eerst stonden er twee kerken en wij hebben er nog twee bijgebouwd. Samen met drie mede-Kruisheren heb ik van ’79 tot ’82 in diverse parochies van Campo Belo en omgeving gewerkt. Meestal ging ik om de drie jaar even naar Nederland, maar in 1982 kreeg ik wat gezondheidsproblemen en ben toen ruim een jaar in Nederland geweest voor de behandelingen. Weer terug in Brazilië ben ik gaan werken in Juiz de Fora. In twee grote buitenwijken hebben we met vijf personen gewerkt. Ieder had daar zijn eigen parochie. In 1985 ben ik daar begonnen met een crèche. Ik kocht een armoedig huisje van 10 x 30 meter. Daar mochten alleen maar arme kinderen komen van moeders die moesten werken. Het was gratis, maar er werd wel een vrijwillige bijdrage gevraagd, maar dat bracht nauwelijks iets op. Met behulp van giften en subsidies hebben we het huisje kunnen opknappen en uitbreiden. In 1995 ben ik gepensioneerd, maar daar wel blijven wonen. Dan kon ik het allemaal nog een beetje in de gaten houden. In 2004 ben ik definitief naar Nederland gekomen.” Hoe ziet de toekomst van Brazilië er uit? “De huidige president is een man van het volk. Hij is een gewone arbeider en heeft geen enkel diploma. Hij heeft de Volkspartij opgericht en de armoedebestrijding staat hoog in zijn vaandel. Maar het hangt in Brazilië zoveel van anderen af. Je moet iedereen mee hebben en de corruptie is enorm groot. Hij heeft veel goeds gedaan, vooral economisch gezien, maar het grootste gedeelte van de bevolking profiteert er niet van. Wat de honger betreft wordt er veel aan de nullijn gedaan. Het programma werkt tamelijk goed. In onze kerken ontvangen wij voedsel wat wij uitdelen aan geregistreerden.” Hoe waren de contacten met Dinther? “Het thuisfront heeft altijd medeleven getoond. Zo heb ik al eerder mijn 40- en 50-jarig jubileum gevierd in de Dintherse parochiegemeenschap. Het vroegere PMC (parochieel missie centrum) heeft mij veel ondersteund. Telkens als ik van vakantie weer terugging naar Brazilië ontving ik een geldbedrag, wat ik vooral de laatste jaren heb kunnen besteden aan de crèche.” Is het werk overgenomen door een collega? “Inlandse Kruisheren zijn er niet zoveel.Dat is na 1968 allemaal achteruit gelopen. Jongeren zagen allemaal een andere toekomst. Zelfs jongeren die al ver gevorderd waren met hun studie zijn alsnog vlak voor hun wijding weggegaan. Na die tijd hebben we een periode gehad waar we geen roepingen hebben gehad. Het is een moeilijke situatie voor de Kruisheren. Momenteel zijn er nog vier Braziliaanse priesters in onze parochies en we hebben al zoveel parochies noodgedwongen moeten afgeven aan wereldheren. Maar de liefdadigheid gaat altijd door.” Humor of altijd serieus? Pater Verkuylen begint te lachen en steekt nog een sigaretje op. “Op zijn tijd natuurlijk serieus, maar het is toch wel leuk om af en toe iemand een beetje voor de gek te houden. En zoals ik al zei: Brazilianen zijn vrolijke mensen en feesten veel.” Hoe wordt uw 60-jarig priesterfeest gevierd? “Op maandag 17 april is het tweede paasdag. Dan is er om 10.00 uur een plechtige H.Mis in de Dintherse parochiekerk. Aansluitend is er in het Cultureel Centrum een receptie waarvoor iedereen bij deze is uitgenodigd. En daarna feesten we natuurlijk verder met genodigden.” AvS/JvdM ‘Maar het is toch wel leuk om af en toe iemand een beetje voor de gek te houden’. Pater Verkuylen tussen ‘zijn’ kinderen ‘Brazilië is onmetelijk groot’.

RkJQdWJsaXNoZXIy MjU2Mzc=