Kinderen op blote voeten bij tien graden vorst Vluchteling in eigen land In een land als Afghanistan kom je erachter hoeveel pijn en ellende een mens kan verdragen. In dit land ben je dagelijks getuige van gebeurtenissen die deze menselijke hardheid bewijzen. Op donderdag 24 januari werden we door een collega gewezen op de erbarmelijke omstandigheden waaronder ongeveer honderdvijftig families in een vluchtelingenkamp ten westen van Kabul leven. Deze families zijn gedeporteerd uit Iran en hebben hun toevlucht gezocht in tenten en van modder gemaakte huizen. Gedurende de decennia lange oorlog zijn ongeveer twee miljoen Afghanen gevlucht naar Iran. In de afgelopen jaren is een groot aantal van de beter opgeleide Afghanen teruggekeerd naar Afghanistan. De Iraanse regering heeft inmiddels besloten om ook mensen die in Iran als nomaden leefden en voornamelijk het vuilste werk opknapten, massaal terug te sturen. Zij zijn nu vluchteling in eigen land. De vluchtelingen leven voornamelijk van bedelen. Zij hebben geen enkele opleiding, hebben in Iran geen ambacht geleerd en er is een groot aantal verslaafden aan heroïne, marihuana en opium. In het kamp is de situatie inhumaan. Ik heb kinderen gezien die op blote voeten lopen, terwijl het hier overdag -10 graden is en ’s avonds wel 20 graden vriest. Veel kinderen hebben daardoor kapotte en bebloede tenen. Het snot en de tranen zijn op hun strakke gezicht bevroren. Ik was ongeveer twee uur in het kamp. Aan het einde had ik, gekleed in westerse warme outfit met een dikke jas, trui, shirt, nog een shirt, broek, sokken, goede schoenen, sjaal en handschoenen, alsnog bevroren tenen, bevroren neus en bevroren oren. Inzamelingsactie Wij waren geen ramptoeristen in het kamp.Door een actie onder de collega’s hadden we 3.500 euro ingezameld. Van dit geld hebben we per gezin één zak bloem (ong. 35 kilo), één zak rijst (ong. 3 kilo) en één blik olie (ong. 3 liter) kunnen kopen. De verdeling van het voedsel verliep zeer gestructureerd. Mensen kwamen bij het roepen van hun naam naar voren, gaven hun vooraf uitgedeelde biljet aan mij en kregen hun voedsel. Tegen het einde van de verdeling werd het chaotisch. Mensen uit de omgeving van het kamp kregen in de gaten wat er aan de hand was en kwamen ook massaal naar het kamp. De kampbewoners probeerden hen zoveel mogelijk weg te houden, maar er was geen houden meer aan. Bij de laatste tien gezinnen verloren mensen hun geduld en kwamen steeds dichter bij.Wij hadden uit voorzorg een aantal extra pakketten meegenomen.Misschien hadden we dit niet moeten doen, want men begon met elkaar te vechten om deze extra pakketten. De keerzijde Tijdens het uitdelen van de voedselpakketten had ik de hele tijd een vrouw in burka met een kindje in de gaten, die duidelijk niet uit het kamp kwam. Ik kreeg van onze bewakers te horen dat het kind bijna dood was en dat het nodig naar het ziekenhuis moest. Het kindje was bevroren. Ik wilde de moeder heel graag geld geven om haar kind naar de dokter te brengen, maar als je eenmaal daaraan begint dan is het einde zoek. Toen het gevecht om de resterende voedselpakketten was losgebarsten, ging ik stiekem naar deze vrouw en gaf haar een biljet van 20 dollar.Men kreeg in de gaten wat ik net had gedaan. Ik moest daarna min of meer vluchten voor mijn leven. Ik hoop dat mijn zeer kleine bijdrage het kindje heeft gered. Ik zal het waarschijnlijk nooit weten. Ahmed Karimi HaDeejers over de grens: Afghanistan Ahmed Karimi (26 jr.), gevlucht uit Afghanistan, is in 1997 in HaDee komen wonen. Na het behalen van het bachelorsdiploma communicatiemanagement studeerde hij aan de universiteit van Amsterdam voor master politicologie. Tegelijkertijd werkte hij als informatieanalist bij het ministerie van Binnenlandse Zaken in Den Haag. In Kabul wil hij een deel van zijn identiteit terugvinden. HaDeejers over de grens: Afghanistan Oproep In de rubriek ‘HaDeejers over de grens’ krijgen jongeren de gelegenheid iets te vertellen over hun buitenlandstage. Wil jij je ervaringen met ons delen? Stuur een berichtje naar: redactie@hadeejer.eu 25
RkJQdWJsaXNoZXIy MjU2Mzc=