De Brabantse Aa ontspringt bij Nederweert in Limburg. Via Helmond en na Beek en Donk gepasseerd te zijn stroomt ze pal noordwaarts, om vervolgens in een wijde bocht naar het westen af te buigen en nog juist door Erp te stromen. Ten noordwesten wordt Veghel doorsneden en dan passeert de Aa op korte afstand Dinther en vervolgens Heeswijk. Na Berlicum wordt ter hoogte van Hintham ‘s-Hertogenbosch bereikt. Bij De Muntel komt de Aa samen met de Zuid-Willemsvaart en de Dommel. Samen vormen ze dan de Dieze die even ten noorden van ‘s-Hertogenbosch, in de buurt van Crèvecoeur in de Maas uitstroomt. Voor onze dorpen is de Aa tussen Veghel en Berlicum van belang, te beginnen bij Huize Zwanenburg en eindigend na het kasteel Heeswijk. In ons gebied stroomt als zijbeek van de Aa ook nog De Leijgraaf. Deze ontspringt bij Boekel en stroomt vervolgens in noord-noordwestelijke richting om op de voormalige gemeentegrens van Heeswijk-Dinther en Middelrode uit te monden in de Aa. De Leijgraaf heeft een lengte van ongeveer 20 km en wordt door 29 bruggen overspannen. Vaarweg De Aa is bijna honderd en vijftig jaar bevaarbaar geweest, van Helmond tot ‘s-Hertogenbosch. Voor kleine schepen en platboomde schuiten (de z.g. strontschippers) is ze nog tot ongeveer 1840 bevaarbaar geweest vanaf de Molensluis te Erp tot ‘s-Hertogenbosch. Er lagen meerdere sluizen in de beek en ter hoogte van Keldonk was ze zelfs, naar toenmalige begrippen zeer breed, ruim 28 voet (d.i. ongeveer 7 meter). Nadat de Zuid-Willemsvaart was gegraven was de Aa als vaarweg natuurlijk overbodig. Om allerlei redenen was men al lang van plan de Aa aan te pakken. Maar pas toen in 1922 Waterschap De Aa werd opgericht, ging men structureel de al eeuwenlang bestaande ongemakken te lijf. Deze ongemakken bestonden uit overstromingen in de wintermaanden, waarna het vaak erg lang duurde voordat het overtollige water van de landbouwgronden weg stroomde. Soms was er overigens ook sprake van te lage waterstanden in de zomermaanden. Bij de kanalisatie ging men erg rigoureus te werk. Alle bochten werden uit de beek verwijderd, en er ontstond een rivier met lange rechte stukken, stroomafwaarts voorzien van hoge dijken. Vanaf de jaren ‘30 van de 20e eeuw is het werk door ongeveer 1200 arbeiders uitgevoerd, onder andere in het kader van werkverschaffing gedurende de crisisjaren. Lage gedeelten werden opgehoogd en bochten, ook wel meanders genoemd, werden gedempt en rechtgetrokken. Daarom kon men in Heeswijk ook Oplettende inwoners hebben al graafmachines aan de gang gezien in de buurt van het kasteel. De Kilsdonkse molen is gerestaureerd en daarvoor is de Aa een stukje verlegd. Er zal een ontsluitingsweg van het Retsel naar de Kanaaldijk komen. De Kanaaldijk zelf zal worden verbreed met alle gevolgen van dien. Kortom, de komende jaren zal er in en om de Aa veel te doen zijn. De HaDeejer brengt in enkele afleveringen de ontwikkelingen in kaart. In dit eerste artikel een kort beeld van het beekdal van de Aa, zodat het historisch, cultureel en landschappelijk belang nog eens goed wordt belicht. ‘We moeten de ontwikkelingen waakzaam blijven volgen’ De Aa is de ‘moeder’ van Heeswijk-Dinther Tekst: Bart van Schijndel Bron: Wikipedia, de vrije encyclopedie Waar het zand in kipkarren over een spoor in de te dempen gedeelten werd gestort. 28 | oktober 2010
RkJQdWJsaXNoZXIy MjU2Mzc=