“Ik ben geboren in Den Bosch en woonde de laatste zeven jaar echt midden in de stad. Aan de Pensmarkt boven de Australian, de grote ijssalon. De Bossche markt lag letterlijk aan mijn voeten. Mijn zwager is eigenaar van de Australian en ik wilde zelfstandig gaan wonen. De bovenverdieping stond vrij en toen ben ik daar ingetrokken. Ik dacht midden in de stad, het uitgaansleven bij de hand. Dan kan ik vanuit de kroeg zo mijn bed inrollen.” “Op een gegeven moment was ik de drukte beu. ‘s Morgens vroeg om vijf uur het geluid van marktkramen die worden opgezet, geschreeuw, rumoer, altijd drukte en gedoe onder me. Het ging me irriteren. Als er grote festiviteiten waren dan ontvluchtte ik mijn appartement en ging ergens anders slapen. Rust wilde ik, en toen zag ik een advertentie in het blad ‘Woonservice’ . Ik kwam hier de eerste keer binnen, heb in stilte de omgeving in me opgenomen en voelde evenwicht en kalmte. Een lichte moderne woonruimte met uitzicht op de kerk. Als mensen hier binnenkomen, zeggen ze bijna allemaal: ‘Wauw Je hebt wel geluk gehad met deze woning’. En dat is ook zo.” Roos “Van Heeswijk-Dinther wist ik niets. Wel dat het bestond natuurlijk, want mijn tante heeft eens een expositie gehad in het kasteel. Dat is het enige. Ik laat het allemaal maar op me afkomen. Ik wil gaan sporten hier in de sporthal, dat is zeker. En ook als vrijwilliger dieren gaan verzorgen. Daar ligt mijn hart. Mijn vader is kynoloog , hondenopvoeder dus. De liefde voor dieren is me met de paplepel ingegeven.” Van beroep is Amy militair bij de infanterie in Oirschot. Dat wilde ze heel jong al. De spanning, sensatie, de fysieke uitdaging vindt ze heel aantrekkelijk. “En ik ga ook wel graag uit. Als ik mijn ‘housewarmingparty’ geef duik ik met mijn vrienden hier de kroeg in. Welk café weet ik nog niet, maar je kunt me dan herkennen aan de rode roos, die ik tussen mijn tanden heb geklemd!” Enigszins beduusd reageerde Amy Schraven op de vraag of ze als import in de Hadeejer wilde staan. Sinds 1 maart heeft ze de sleutel van haar appartement aan de Bovenmeester. ”Ik woon hier nu nog geen twee weken, dan kan ik toch niet vergelijken met waar ik vandaan kom. Maar, kom maar binnen dan.” tussen witkwasten, verfpotten, rondslingerend gereedschap en een tv toestel, net zo diep als het beeldscherm breed is (‘Ja, een aquarium, ik weet het), doet ze haar verhaal. Tekst en foto: Jacques Worms column henk import over Hadee Maart roert zijn staart, maar als u dit leest, is maart weer bijna voorbij. Ik schrijf dit op 8 maart, de internationale vrouwendag. Toen mij, jaren terug, bij Omroep Brabant werd gevraagd wat ik vond van vrouwendag, antwoordde ik: “Van mij mag het, want ze houden ook al dierendag.” U weet dat ik dierendag onzin vind en dat geldt ook, zeker in Nederland, voor vrouwendag. Jawel, ook voor mij zijn vrouwen de interessantste schepsels op deze aardkloot. Niets is zoveel beschreven als de vrouw, zowel negatief als positief. Zo staat in de Bijbel: “De schoonheid van een vrouw brengt vreugde op het gelaat en gaat elke lust voor het oog te boven” (Jezus Sirach 36,22), schreef Vondel: “Een vrouw is duizend mannen te erg” en Leon Tolstoi: “De vrouw is een onuitputtelijk thema: hoe men er ook op studeert, men vindt altijd iets nieuws.” Ondanks dat alles zijn er veel meer scheldwoorden voor vrouwen dan voor mannen, zoals doos, muts, slet, slons, sloerie, blaas, teef, taart, trut, bitch, hork en ik kan zo nog wel een tijdje doorgaan. Toch kunnen vrouwen, als sterkste argument in hun voordeel aanvoeren dat men ze niet kan missen. Het is niet zo dat men zonder een vrouw niet leven kan, maar zonder vrouw zou men nooit geleefd hebben. “Vrouwen zijn onmisbare mispunten,” zei mijn vader vroeger al. Nee, vrouwen zijn belangrijk en mogen gezien worden en daarom ben ik voor een boerka verbod. Hoewel ik ook vrouwen ken die beter altijd zo’n ding kunnen dragen. Ook de vrouwen in HaDee zijn niet mis, hebben een eigen mening en vinden, volgens mij, ook dat Heesch bij Oss hoort. Henk Habraken Vrouwendag 7 | maart 2012
RkJQdWJsaXNoZXIy MjU2Mzc=