d’n HaDeejer | 19 Tijmen en Quint van Houtum Samen naar de bioscoop op 3800 meter hoogte Over de grens Nepal Op het begin kregen we de mogelijkheid om een stukje met de bus mee te gaan. De wegen zijn zeer slecht in Nepal en het gebeurde meer dan eens dat we elkaar vastpakten en dachten dat we omsloegen met de bus. Comfort was ook ver te zoeken aangezien onze beenruimte ongeveer 25cm was. De eerste dagen was het flink zweten, doordat we met 35°C vrij pittige stukjes omhoog moesten lopen. Iedere keer als we weer een heftig stuk omhoog liepen, gaf het weer een kleine kick. Het punt is dat je bij het ‘Circuit’ voor iedere 100 meter die je klimt, vervolgens ook weer 70 meter moet afdalen. Dus het was flink wat meters stijgen en dalen om van 600 meter in het begin naar de 5416 meter te klimmen op het hoogste punt. Het was super om mee te maken hoe niet alleen de temperatuur steeds lager werd, maar ook het landschap drastisch veranderde hoe meer we stegen. Van het junglelandschap aan het begin, tot het drogere woestijnachtige landschap na de pas. Het was een machtig gevoel om tussen de hoogste bergen van de wereld te lopen. De boeddhistische dorpjes onderweg verschilden allemaal van elkaar. Zelfs de mensen zagen er anders uit, hoe hoger we kwamen. In ieder dorpje (soms met maar 2 huizen) sliepen we in een guesthouse. Hier konden we een heerlijke koude douche nemen, of ons trakteren op een emmer water met een bekertje om onszelf te wassen. Bij dit soort tochten ontmoet je makkelijk mensen die net als jij dezelfde route volgen. Zo hadden wij een gezellig groepje gevonden dat vaak in hetzelfde guesthouse verbleef als wij: 2 Engelsen, 2 Canadezen en een Amerikaan. Met dit groepje zijn we ook naar de bioscoop geweest op 3800 meter hoog. En als we het over een bioscoop hebben, bedoelen we een kamer met een beamer en plastic stoelen waar het ijskoud was, maar heel gezellig! Het verbaasde ons hoe goed het lopen ging. De gids bleef ons maar vertellen dat we rustiger aan moesten doen en dat we niet teveel afstand moesten afleggen per dag, aangezien je de kans op hoogteziekte daarmee vergroot. Nou, geloof mij, toen we eenmaal op 5000m hoogte aan het lopen waren, kon het niet rustig genoeg gaan. Je moet ongeveer 3 keer zoveel ademen om dezelfde hoeveelheid zuurstof binnen te krijgen en je bent constant een beetje buiten adem, omdat het zuurstoflevel maar 48 % is daarboven. Toch was deze hoge ervaring veel beter dan het lopen in het lage gebied. Bijzonder om een keer naar beneden een dal in te kijken en daar een roofvogel rond te zien vliegen in plaats van hoog boven in de lucht. Het ‘hoogtepuntje’ was toch wel de side-trek naar het hoogste meer van de wereld, het Tilicho Tal. We vertrokken ‘s ochtends om 5 uur met een pittige klim met 800m stijging. We waren de eersten die vertrokken, dus we moesten zelf een pad maken door de sneeuw. Eenmaal bij het meer aangekomen was het volkomen stil, zelfs de wind hoorden we niet, aangezien we door bergtoppen omringd waren. De volgende dag stond de befaamde Thorong-La pas op het programma, wat het hoogste punt van de trekking was (5416m). Zwaar ademend en koud, maar het was prachtig! We konden ons hier haast niet voorstellen dat we een paar dagen later, flink afgedaald, een koud biertje zouden drinken in de natuurlijke hotsprings in Tatopani. Dat was wel een aangename afsluiter van een ongelofelijke en onvergetelijke trekking. Begin mei zouden wij, Tijmen en Quint van Houtum, samen vertrekken naar ‘Annapurna Basecamp’. Onze plannen zijn op het laatste moment toch nog iets gewijzigd. We kozen voor het ‘Annapurna Circuit’: hoger, mooie dorpjes en super uitzichten. We hadden een permit voor Basecamp, maar het is Nepal dus het maakt eigenlijk geen drol uit wat je nou precies gaat doen.
RkJQdWJsaXNoZXIy MjU2Mzc=