d'n Hadeejer juli 2018

24 d ’ n hadeejer Na de Tweede Wereldoorlog vindt er een grote emigratie van Nederlanders naar het buitenland plaats, onder andere naar Canada, Australië en Brazilië. Zo sticht men in 1948 in de Braziliaanse staat Sao Paulo een Nederlandse kolonie, genaamd Fazenda Ribeirao. Later wordt deze gewijzigd in Holambra (Holland, America, Brasil). Zijn ondernemersbloed brengt Willy van Lieshout (80) in 1958 naar deze plek, nu zestig jaar geleden. Hij was even terug in Nederland. BOeRenBLOed Janus en Bertha van Lieshout hadden dertien kinderen. Ze woonden op de hoek Kaathovensedijk/Dopheiweg. Nuwoont daar nog Jo van Lieshoutmet zoon en schoon- dochter. Maar liefst acht van de dertien emigreerden in de jaren vijftig van de vorige eeuw. Vier naar Cana- da en vier naar Brazilië. Zeven dochters en een zoon, Willy. Daarvoor zat hij nog vier jaar op Gymnasium Sint Norbertus, hij zou priester worden. Het boerenbloed won het van God’s Roeping. “Een van de priesters zei tegen me: ‘Ik denk dat je liever de meisjes ziet, als de jongens hier.’ Eerst was daar het plan om naar Canada te gaan. Ik stuurde een brief naar een van mijn zus- sen daar. Ik kreeg bericht terug dat ik er toch nog maar eens goed over na moest denken. Ze waren bezorgd. Twee zussen van me waren al in Brazilië. Zij waren po- sitiever ingesteld: ’Kom maar naar hier, we helpen je een landbouwbedrijf op te zetten’.“ We schrijven 1958. De reis verloopt via de Katholieke Centrale Emigratie Stichting. Vader Janus vindt het best, hij wil dat al zijn kinderen boer worden. Hij huurt een busje en brengt Willy met moeder en nog wat familie en vrienden naar de haven van Antwerpen. Een van zijn vrienden die mee gaat, is Willy van Nuland, ‘Willy van Janus Dieleskes’. Andere vrienden vanWilly uit die tijdwa- ren Jan van de Wijgert en Jan de Mol. GROOT denKen “Mijn zussen waren daar al getrouwd met een Nederlander. Ze hadden al gezorgd dat ik een bedrijfje kreeg op afbetaling. Mijn zwagers hadden het al la- ten inzaaien, de eerste mais was al rijp, toen ik daar aankwam. Gemakkelijk was het zeker niet. Financieel hadden we het hard te halen. Het eerste jaar was het moeilijkst. Heimwee naar familie en vrienden. Rond 1966 begint het wat te worden. De Norbertijnen Stokman en Gevers waren daar ook, voor de geeste- lijke ondersteuning.” Hij krijgt al snel kennis met Betsie Sleutjes (78), ze komt oorspronkelijk uit Den Dungen. “Mijn aanstaande schoonvader had een reis gemaakt naar het zuiden van Brazilië. Daar waren grotere en betere bedrijven. Ik wilde vooruit, en besloot te verhuizen. Op één voor- waarde, dat ik mocht trouwen met Betsie. Mijn ouders zijn met ons trouwen nog een half jaar op vakantie ge- weest.” In 1961 huurt Van Lieshout 25 hectare, drie jaar later koopt hij de grond en in 1967 verkoopt hij deze weer. Dan koopt hij elders 150 hectare. ”De Hollanders staan hier bekend als goede boeren, zowel in de akker- bouw als in de veeteelt. Je moet wel groot denken, met 30 hectare red je het hier niet.” Zes kinderen (waarvan één gestorven) kregen Willy en Betsie; vier van hun zo- nen zitten nog in de landbouw, één zoon is vertegen- woordiger bij DSM. ‘Het eerste jaar was het moeilijkst. Heimwee naar familie en vrienden’

RkJQdWJsaXNoZXIy MjU2Mzc=