d'n Hadeejer december 2020

8 - d’n HaDeejer PLAATS DELICT Tom komt aan in zijn politie-uniform en ter plaatse geeft de officier van dienst hem alle relevante informatie. Afhankelijk van de zaak, kleedt hij zich om in een witte wegwerpoveral (om contaminatie tegen te gaan) en begint met het vastleggen van de plaats delict via foto’s. Collega’s meten de situatie in: zo kunnen er 3-D modellen gemaakt worden, waarmee ach- teraf de situatie nagebootst kan worden. Vervolgens werkt hij van buiten naar binnen: naar het slachtoffer toe. Samen met een forensisch arts schouwt hij het lijk, waarna het wordt ge- borgen en naar het mortuarium gebracht. Hij doet een laatste check op de plaats delict en kijkt of hij niets gemist heeft. Hij is erbij als er sectie wordt gedaan op het slachtoffer. En natuur- lijk onderzoekt hij de dader, auto’s en andere voorwerpen die erbij betrokken zijn. JE WEET NIET WAT JE TE ZIEN KRIJGT “Wat we echt doen wordt afgeschermd en da’s maar goed ook. Ik kan er met m’n pet niet bij dat mensen soms onge- vraagd komen kijken. Of een dagje willen meelopen: dat kán helemaal niet, het is privacygevoelig. Collega’s die straatwerk doen, vragen ook wel eens of ze mee mogen lopen. Ze rea- geren heel wisselend: je weet niet wat je te zien krijgt. Plus natuurlijk de geur. Er zijn mensen van de politie die door dit werk met PTSS thuis komen te zitten. Dus mijn tip is: als je het niet hoeft te zien, ga dan ook niet kijken!” STEEDS EEN STAPJE VERDER Hoe is deze geboren en getogen HaDeejer in dit werk terecht gekomen? “Na de havo ging ik informatica studeren. Dat was niet mijn ding, dus ben ik gaan werken. Ik kreeg interesse in de politie, solliciteerde en op m’n 22e kon ik beginnen met een opleiding aan de politieacademie. Dat is duaal leren: drie maanden naar school en drie maanden het geleerde in de praktijk brengen. Ik kwam erachter dat ik weinig plezier haalde uit het straatwerk. Toen ben ik de forensische kant op

RkJQdWJsaXNoZXIy MjU2Mzc=