‘In de winter wel met handschoenen’ Niels Hanegraaf (16) woont met zijn ouders en twee broers in Heeswijk-Dinther. Hij zit in de 6e klas van Gymnasium Bernrode en gaat hierna waarschijnlijk Mechanical Engineering studeren aan de TU. Naast deze ambitie is hij druk bezig met sporten. Niels tennist en doet aan veldrijden en wielrennen. Hij is lid van Wielervereniging Schijndel, waar hij ook traint. Over het veldrijden wil ik graag meer weten en aan de keukentafel stel ik hem een aantal vragen. Het hele jaar veldrijden en wielrennen Tekst Manon Verkuijlen Fotografie Ronald van Hastenberg Vormgeving Corina Gloudemans Niels: “Veldrijden is groter en bekender in België dan in Nederland. We fietsen op onverharde grond, dus bijvoorbeeld bossen of een weiland. Er worden landelijke wedstrijden georganiseerd met verschillende soorten parcoursen. Het technisch veldritparcours is daar een voorbeeld van. Het gaat er dan om wie het snelste een bepaald aantal rondjes aflegt in 40 minuten tijd. Hoeveel rondjes dit zijn wordt na één of twee rondes bepaald. Ze kijken er dan naar hoeveel rondjes je ongeveer moet rijden om 40 minuten vol te krijgen.” In een week zonder wedstrijd traint Niels twee keer per week, maar als er een wedstrijd gereden wordt, een keer extra. “Tijdens deze wedstrijdtraining controleer ik al mijn materiaal om te kijken of alles in orde is, en ik rijd een paar keer hard om te checken of mijn fiets klaar is voor de wedstrijd. Een normale training kan bijvoorbeeld gefocust zijn op techniek of conditie.” Verschil veldrijden en wielrennen Het wielrennen gebeurt op de openbare, verharde weg en het veldrijden op onverharde grond. Wielrennen is een zomersport, die hij van maart tot september beoefent. Veldrijden is daarentegen juist een wintersport, die hij van oktober tot februari doet. Er zijn dan ook geen wedstrijden voor het veldrijden in de zomer en geen wedstrijden voor het wielrennen in de winter. “Daarom is het makkelijk om deze twee sporten te combineren. Zo ben ik toch heel het jaar met fietsen bezig”, zegt Niels. Hij vertelt ook iets over de benodigdheden voor het veldrijden: een fiets, helm en speciale schoenen. Deze speciale schoenen klikken vast aan de trappers, maar als hij zou vallen, klikken ze zo los. Ook rijdt hij in de winter met handschoenen, terwijl veel mensen zonder rijden, omdat dit net wat makkelijker stuurt. Hij voegt er lachend aan toe: “Dit doe ik nooit, want mijn handen zouden er dan denk ik vanaf vriezen.” 40 - d’n HaDeejer
RkJQdWJsaXNoZXIy MjU2Mzc=