8 - d’n HaDeejer Ik reed dan wel prijs, maar behaalde niet altijd overwinningen. De supporters vonden dat mooi, dat was sensatie.” De supportersclub van Hennie telde zo’n 250 leden. “Die gingen elke zondag mee, dat inspireert. Mensen waren blij dat ze jou hadden zien fietsen. Er kwam ook elke week een mooi stuk in de krant. Dan moet je niet naar een discotheek gaan.” MARIËTTE. De portretfoto’s die de supportersclub uitdeelde, bereikten Mariëtte. “Mijn broers fietsten ook en op een gegeven moment lag er een foto van Hennie bij ons thuis. Toen ik hem in de winter in Schijndel zag, herkende ik hem.” Om in contact te komen, bedacht ze samen met haar vriendin het plan om de band van haar brommer leeg te laten lopen en Hennie om een lift te vragen. “Zo is het begonnen.” De twee kregen verkering en Mariëtte werd zijn trouwste supporter. De eerste jaren bleef Hennie fietsen en werken in de werkplaats bij zijn vader. “Dat was ideaal, ik kon werken wanneer ik wilde. Als ik iets gewonnen had, kwamen ze ‘s maandags naar de winkel om de premie te brengen.” Heel even ambieerde hij een profcarrière, maar rond zijn 20e kreeg hij last van pijn op de borst en adviseerde de huisarts hem om te stoppen.” WIELRENNEN MET DE KINDEREN. Het leven veranderde: Hennie en Mariëtte trouwden en kregen een zoon. “Dan krijg je andere verantwoordelijkheden.” Hij verruilde zijn baan in de werkplaats voor een functie als voorman bij Gebroeders Van der Donk in Nuland. “Ik ben wel blijven fietsen, maar niet meer op topniveau. Ik moest in de avonden trainen en dat was geen doen.” Het gezin Van Zandbeek werd uitgebreid met nog twee zonen en de liefde voor de wielersport werd op alle drie de kinderen overgebracht. Hennie werd jeugdtrainer bij Wielerclub Gerrit Schulte en De Windmolens en ploegleider bij Babydump. Jarenlang ging het gezin elk weekend naar wedstrijden. Mariëtte: “De mooiste tijd van ons leven. Ik zag het echt als een uitje; we troffen daar allemaal ouders met kinderen. De jongens fietsten alle drie heel verschillend. Henri was de mooiste, Arno de sterkste en Mart de slimste fietser.” De laatste is nog heel even beroepsrenner geweest. En zoon Arno werd Nederlands Kampioen, precies 25 jaar nadat Hennie deze titel veroverde. PIJN OP DE BORST. Zelf bleef Hennie ook altijd fietsen. Nadat hij op zijn 66e met pensioen ging, stapte hij zelfs elke dag op zijn racefiets. Nooit had hij lichamelijke klachten. Totdat hij zo’n twee jaar geleden weer pijn op zijn borst kreeg. “Ik merkte het, toen ik de Heeswijkse brug op fietste en dacht dat het weer hetzelfde was als vroeger, of misschien corona.” Ook Henri en Mart was het achteraf gezien wel opgevallen dat hun vader minder goed meekon als ze samen gingen fietsen. Henri: “We moesten langer op hem wachten en dachten: hij gaat ineens wel heel hard achteruit.” Na een bezoek aan de huisarts, werd hij doorverwezen naar het ziekenhuis en daar bleek dat hij 7 vernauwingen in de kransslagaders bij het hart had, waarvan 3 heel ernstig. “Dat was wel even schrikken. Ik heb mijn hele leven niet gedronken, niet gerookt en was nog nooit ziek geweest.” REVALIDATIE. Omdat het hard nodig was en Hennie een goede conditie had, werd hij snel geopereerd. Hij ging het traject nuchter in. “De mensen om me heen waren misschien bang dat ik dood zou gaan, maar ik denk altijd: als het je tijd is, dan ga je.” Hij is er ook niet angstiger door geworden. “Mijn aders waren dichtgeslibd, dat is gerepareerd en nu is het goed.” Na de operatie begon hij vastberaden en met een doel aan zijn revalidatie. “We gaan al 30 jaar met het hele gezin op wintersport en dat wilde ik in 2022 ook weer kunnen.” Hij maakte een planning om dat te realiseren. Na 9 weken zat hij weer op de fiets en het leek goed te gaan, totdat hij tijdens een tocht klachten kreeg. Het bleek een allergische reactie op de medicijnen. Hij liet zich niet uit het veld slaan en ging door. Eerst werd er veel gewandeld, daarna weer meer gefietst. De wintersport lukte en inmiddels fietst hij weer 250 kilometer per week. “Ik zit weer op mijn oude niveau.” VIEREN. Om te vieren dat hun vader er zo goed doorheen is gekomen, opperden zijn zonen om de tocht van 160 kilometer in België samen te gaan fietsen. Henri: “We hadden dat met zijn vieren al eens eerder gedaan en dachten: als we dat ooit nog eens met zijn allen willen doen, dan moeten we het nu doen.” Hennie vond het een goed idee en zo vertrokken hij, zijn drie zonen en vier kleinzonen op 1 mei naar België. We gingen om 6 uur ’s morgens weg en zaten om 8.30 uur op de fiets.” Twee kleinzoons fietsten mee, de andere twee gingen mee als verzorger en fotograaf. “Het was pittig; ‘ALS IK DAN EEN PREMIE WON, HAD IK MIJN ZAKKEN VOL EN MIJN VRIENDEN DE ZAKKEN LEEG’
RkJQdWJsaXNoZXIy MjU2Mzc=